£and ow
I.
Geen geboomte dekt den grond,
Waar wij kunnen dwalen;
Geen welluidend minnelied
Van de nachtegalen;
Geen beplante ommegang
Van gesloopte wallen
Geen fonteinen, hoog en klaar,
Beek noch watervallen
Geen paleizen met plantsoen.
Bergen hier noch dalen
Geen museums, wijd befaamd,
Speel- noch ridderzalen
Geen theaters, schoon van bouw,
Kunst- en zinrijk beide;
Geen geëffend sportterrein
AVoud noch bruine heide.
Groen tapeet
Is het kleed
Van de Schager gouwe,
't Sappig.gras,
Mild gewas,
Rijkdom der landouwe.
Bloemkens fijn,
Groot en klein,
Ileifen hare knopjes
Uit het kleed,
Zacht tapeet,
Duizend lieve kopjes!
Zonneschijn,
Bloemelijn,
Schenkt U rijke ldeuren
Zomerzucht
Vult de lucht
Vlet Uw zoete geuren.
f
Vogels! wilt het rijk geneugt'
Van de wei vermelden
Reine lucht geeft reine vreugd
Roem der groene velden.
Log en zwaar
Kadert daar
't Vee met loome schreden,
Levend blijk
Van het rijk,
Weelde-vol verleden.
't Welig gras
Maakt ze ras
Glanzend vette dieren,
Die geen rijk
Ons gelijk
llollands weiden sieren.
Of een stroom
Melk en rooin
Loont des landmails streven.
Overvloed
Zuivel zoet
Wil de weide geven.
Tusschen 't vee
Graast tevrêe
't Schaap der groeue weide,
't Geeft zijn vacht,
Fijn en zacht,
Wol als blanke zijde.
Ziede vogel stijgt omhoog
Van de groene zoden,
Meet den blauwen hemelboog,
Lieve weide-boden
't Lied der leeuweriken klinkt
In de reine luchten.
Al 't gevogelt' kweelt en zingt
Bij het opwaarts vluchten.
't Nestje, in het welig gras.
Ligt zoo goed verscholen,
Of het niet te vinden was
Bij het ommedolen.
Sehagen, Sehagen, rijke gouw,
Roem van Hollands dreven,
Vetter grond werd geen landouw
Door natuur gegeven
Weelde ademt rijk uw grond,
't Vee vermeldt uw glorie:
Waar men 't ook in Holland vond,
Uwer bleef victorie
Sehagen! plicht is 't van U mee,
Dat der wereld blijke
Hollands zuivel, Hollands vee,
D'eerste zijns gelijken