Melkveehouderij en zuivelberei
ding in Schagen
in de negentiende en twintigste eeuw
'K- 'V
9
Marjorie Pigge
Inleiding
Het boerenbedrijf vormde in Schagen van oudsher de belangrijkste bron van
inkomsten. Het grootste deel van de cultuurgrond stond in dienst van de
veeteelt en hierin nam de melkveehouderij de belangrijkste plaats in. In 1827
werd ruim 85% gebruikt als hooi- en weiland. De veeboeren legden zich toe
op de boter- en kaasbereiding, het fokken van varkens en stamboekvee en de
vetweiderij. Hoewel de grond zich er niet zo goed voor leende, werd op
beperkte schaal akkerbouw en tuinbouw bedreven.
Rond 1850 brak een zeer gunstige periode aan voor de boeren. De bevolking
groeide snel en de landbouwprijzen stegen sterk als gevolg van de toene
mende vraag. Bovendien steeg de export van vlees, vee, boter en kaas ex
plosief. Er werden nieuwe technologieën toegepast en de economische groei
versnelde. Van deze gouden jaren voor de boeren profiteerden tot rond 1870
vooral de ambachts- en de kooplieden, want de welvaart van de boeren
verschafte hen werk. De afwisseling van goede en slechte tijden bleef voor
grote groepen van de bevolking -ook voor de boeren- belangrijk.'
Letter K van net vaderlandsch
A-Dboek voarde
Nededandsche jeugd J H
Swildens. 1781 Ets naar P
Wagenaar oen Jongen door l
Drasser Atlas van Stolk
t Koet/e geeft ons melk en roomen het eet flechts gras.
Alles wat van 'tKoetje komtkomt den mensch te pas