4
Rond deze datum waren de hulpvliegvelden op Texel, in Bloemendaal,
Noordwijk en Noordwijkerhout nog in uitvoering. De terreinen waren voor
meer dan één vliegrichting geschikt.
Bij het uitbreken van de oorlog op 10 mei 1940 waren er, voor zover be
kend, geen vliegtuigen aanwezig op het hulpvliegveld. De "landingsbanen"
waren versperd met boerenwagens en werden bewaakt door 2e Sn 11 Dep.
C.B. Tr, terwijl het binnen bereik lag van de onder de Stelling Den-Helder
ressorterende 21e Bt. Lu. A. (Batterij Luchtafweer).
Toen in de vroege morgen van 10 mei 1940 het militaire vliegveld
Hilversum werd aangevallen, waarbij verschillende slachtoffers vielen en
nogal wat materieele schade was, kreeg de vliegparkcommandant, majoor-
waarnemer H. van der Zanden telefonisch opdracht het vliegpark te ontrui
men en met zijn onderdeel naar het hulpvliegveld Middenmeer te gaan, zodra
van de Commandant van de Stelling van Den-Helder bericht zou zijn ontvan
gen dat de op het vliegveld aanwezige versperringen waren verwijderd.
De opdracht tot verplaatsing werd gegeven omdat het vliegpark Hilversum
zo dicht achter de Grebbestelling lag, dat het vrij spoedig onder het vuurbe-
reik van de ver dragende artillerie van de Duitsers zou komen te liggen.
Majoor van der Zanden gaf zijn verplegingsofficier en enig toegevoegd
personeel opdracht zich klaar te maken om als kwartiermaker per auto naar
Middenmeer te vertrekken. Rond het middaguur ontving men bericht dat de
versperringen ten dele waren opgeruimd waarop de kwartiermaker met spoed
naar hun nieuwe standplaats vertrokken.
Rond 15.00 uur vertrok de radioafdeling naar Middenmeer zodat men over
één in bedrijf zijnde radiopost kon beschikken als later de vliegtuigen zouden
arriveren.
Rond 18.00 uur vertrokken het Fokker CX vliegtuig no. 719, de Fokker CV
no. 650 en twee Koolhoven FK-51 toestellen naar Middenmeer. Het overige
personeel en materieel vertrok om 20.00 uur in een autocolonne, waarover
de C.le Verk. Gr. (commandant le verkenningsgroep) zelf het bevel voerde,
's Nachts rond 03.00 uur (nacht van 10 op 11 mei) was de gehele le Verk.
Gr. op het hulpvliegveld Middenmeer aanwezig.
De verplaatsing van de le Verk. Gr. naar Middenmeer was al gedurende de
mobilisatietijd verkend en voorbereid, zodat het opstellen van de verschillen
de onderdelen van de groep alsmede de legering van het personeel zonder al
te veel moeilijkheden verliepen. Voor de juiste opstelling van de groep
verwijs ik naar het bijgaande kaartje.
De aangekomen vliegtuigen stonden in de schuren van de omliggende
boerde- rijen, die zich daarvoor uitstekend leenden. Twee secties van de 11e
Depot Bewakingstroepen leverden personeel voor de bewaking en de verde-
deging van het vliegpark.
Met uitzondering van een startbaan was het landingsterrein versperd met z.g.
klaverruiters. Omdat de omliggende terreinen op dezelfde wijze waren ver
sperd, viel het landingsterrein vanuit de lucht minder op.
In de boerderij waar de commandopost was gevestigd was een telefoon
aansluiting aangebracht zodat de commandant van de le Verkenningsgroep
zich na aankomst onmiddellijk telefonisch kon melden bij de commandant
4e legerkorps.
Na aankomst startte de CV no. 612 (res. 2e luitenant waarnemer J.P Koning
en sergeant vlieger P. van Coevorden) in de vroege morgen van 11 mei 1940
en vertrok voor een verkenningsvlucht naar het gebied tussen Deventer en
Zutphen even later gevolgd door de CV no. 646 met aan boord 2e
luitenant-waarnemer J. van Meel met reserve eerste luitenant H.C.
Heideman.