Als ik zoo o)) den trans van onzen toren sta
En 't beweeg bencé aandachtig- gadesla;
Als door m'n kijker heen m'n hlik gaat over daken,
Dan zie ik op den kop beli menigte van zaken.
Men kijkt zo anders aan dan. óp den platten grond.
Wat schoof is lijkt soms recht, 't ovale schijnt vaak
rond.
Als ik U dus van hier beschrijven ga dc, dingen,
M'n torenwachterslied U wekelijks zal zingen,
^lepnal dan, goede lièn, de waarde van elk feit,
<aT«Jfkar d' afstand VttfniGirprMifl tormijn verlróvéwheidi
Die afstand zal somtijds do dingen vee'I verkleinen,
Al laat mijn kijkglas er het volle licht op schijnen.
Aanhoort dus, lezerskring, als 't eerst te melden feit,
Iets, wat hier is geschied onlangs rw&sluitingBtijd.
Daar stond voor eeife zaak het was reeds over
achten
Een Juffrouw met een pan, schijnbaar op melk te
wachten.
„U bent ver over tijd," zoo sprak de winkelier.
Zijn oog zag een agent, da'e loerde door den kier.
Hij zei er zachtjes hij: „laat hier de pan maar
blijven,
Die smeris zal zoojstraks wel weer eens af gaan
- drijven.
I)on brong ik U do melk, 't is toch dichtbij, niet
waar?"
De juffrouw vond 't mooi, dat hoeft geen commentaar
En een kwartier daarna ^-de weg kon veilig-wezen
Ging met de volle pan de man uit zonder vreezen.
Maar juist had hij het huis van zijn cliënt bereikt.
Of ziet, wio volgt hem daar? d' agent, die loerend
kijkt.
Dé melkboer wus een man, die men noemt „niet
van gister",
Hij loopt voorzichtig door als was hij een Lord
De pan recht voor zich uit met 't zuiver witte vochtj
Dat door de juffrouw pas besteld was en gekocht.
Hij gaat haar huis voorbij, probeert d' agent te
foppen,
Maar deze loopt hem na langs pleinen, straten,
sloppen.
Dc melkboer-winkelier krijgt spierkramp van de
vracht,
Terwijl daar achter hom de diender smart'lijk lacht.*'
Oneind g lijkt de marsch, zoo afgelegd, te duren.
En na verloop van tijd het schenen vele uren
Komt, met het pannetje nog "altijd voor.zich uit,
De winkelier weer thuis. Terwijl de juffrouvg fluit
<6 Nathr 't glas mot warme melk of de kop chocolade,
Staat de agent zich zelf met roem te overladen.
WIE WAS DE TORENWACHTER?
Eenbij de redactie onbekende
dichter, schreef onder het
pseudoniem 'TORENWACHTER' in
de Schager Courant.
De redactie is benieuwd naar
de naam van deze poeet en de
personen die in bijgaand
stukje, uit de Schager Courant
van dinsdag 14 oktober 1924,
worden beschreven.
Uw reactie, bij voorkeur
schriftelijk, kunt u kwijt op
het redactieadres.