22 Waddenzee, zodat mag worden aangenomen dat Romeinse sol daten inderdaad tot ver in Noordelijk Nederland waren doorgedrongen. Of we dan nu direkt moeten gaan denken aan een legerkamp voor langstrekkende soldaten is een wat rappe veronderstelling; zeker is in ieder geval dat een dergelijke munt niet thuis hoort in de geldcircula tie die we tegenkomen in de inheemse nederzettingen. Bovendien zien we Romeins geld pas in de tweede en derde eeuw in deze nederzettingen verschijnen. Nu terug naar de munt; zij is gevonden bij draingewerk op een diepte van ongeveer een meter onder het huidige maaiveld, in een schelpenbank, geheel in het noorden van de Callantsoger polder. Exact dit deel van de polder heet "Callens", een naam die we al tegenkomen in ge schriften uit de tiende eeuw. Een paar honderd meter naar het westen toe, ligt, nu in de duinen, een begraaf plaats, die op 17e en 18e-eeuwse kaarten vermeld staat als "Out Kerkhoff". Langzamerhand begint een gedachte zich te vormen dat we op deze plek wel eens een van de voorlopers van het hui dige Callantsoog kunnen hebben gevonden. Maar, zult u zeggen, lagen de twee voorlopers van Callantsoog niet ver in zee? Ik geloof dat de studies van Henk Schoorl inderdaad hebben aangetoond dat zulks het geval is, maar er bestaat ook een andere mogelijkheid: Als oude namen komen "Callense" en "Callinge" voor. (Ook echter "Callinghem"Taalkundig kan de klank "en" gemakkelijk veranderen in "ing"; voorbeelden zijn Harenkarspel, dat, vooral in de 16e en 17e eeuw, "Haringkarspel" werd genoemd. In het geval Callense zijn er twee bezwaren: de letter "s" die verdwijnt en het feit dat de klankveran dering dan wel "avant-la-lettre" heeft plaatsgevonden. Er kan worden gedacht aan de mogelijkheid dat er van meet af aan twee plaatsen bestonden: Callense en Cal linghem. tijdens de overstromingsfase van de 12e en 13e eeuw zou Callens verlaten kunnen zijn en zouden de bewo ners naar Callinge getrokken kunnen zijn. Een archeolo gisch onderzoekje naar het hierboven genoemde "Oude Kerkhof" zou mogelijk dit vraagstuk kunnen oplossen. Allereerst werd, samen met de spiksplinternieuwe werkgroep archeologie van de historische vereniging in Callantsoog een veldverkenning uitgevoerd op het bewuste terrein. Helaas werd er geen splinter aardewerk ouder dan de 18e eeuw gevonden. Door de snijdende kou ebde het animo snel weg en werd de verkenning gestaakt. Een booronderzoekje leerde later dat er ter plekke sprake is van een door waterwerking vrijwel geheel ver loren oud oppervlak. Toch werd er op een enkele plaats nog wat veen aangeboord, hetgeen een aanwijzing kan zijn dat, als er al iets weg is, het niet om meters grond kan gaan. Veldverkenningen in het voorjaar van 1991 uitge voerd op dichtbij gelegen percelen, leverden materiaal op uit de vroege en late middeleeuwen en een enkel stuk je romeins - inheemsdus... gaat het zoeken verder. Schagen, maart 1991 Frans Diederik 1 Afb.7 Muggenburg 1989, inheems potje van het type BI ld, samen gevonden met de pot van afb.1 rond 200 n. Chr. begraven.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 1991 | | pagina 24