Economische ontwikkelingen
1920-1990
12
Aanleiding tot een terugblik over bovengenoemd
tijdsbestek, was het lezen van een in 1922 uit
gegeven rapport over de kanalisatie van
West—Friesland. Het rapport bevat een schat van
gegevens, o. a. over de groenteveilingen,
zuivelfrabricage, scheepvaart, enz.
Het kanalenplan was gebaseerd op een toename
van het vrachtvervoer per söhip. Men had er
toen nog geen flauw idee van dat het vervoer
over de weg de scheepvaart zou verdringen.
Terwijl er nu weer een tendens is om het
vrachtvervoer per schip te stimuleren. Milieu
vriendelij ker
Hieruit blijkt dat de veranderingen in deze
eeuw in een dusdanig snel tempo geschieden,
dat een visie voor een toekomstig beleid op
allerlei terreinen steeds moeilijker wordt.
Hierbij een greep uit de vele gegevens over de
situatie van toen en nu.
Vei 1i ngen
Er waren in 1919 in West-Friesland 19 groente
veilingen. Nu 1.
De tuinbouw was en is nog steeds een lucratief
bedrijf. De veiling in Grootebroek b.v. had in
1919 een omzet van 68150 ton, met een
geldwaarde van Fl. 3.616.623,
In 1918 Fl. 5.096.028,
Van de drie groentenvei1ingen uit de omtrek,
t.w. Broek op Langedijk, Noord—Scharwoude en
Warmenhuizen waren de gegevens vrij summier.
Broek op Langedijk had in 1919 een omzet van
64642 ton met een geldomzet van FL. 4.436.000.
Van Noord—Scharwoude werd alleen de geldomzet
vermeld, nlFl. 3.740.745,en van
Warmenhuizen alleen de omzet in tonnen, nl
20.000.
Zuivelfabrieken
Zuivelfabrieken waren er in 1919 53. Nu
practisch 1. In verschillende plaatsen waren
meerdere zuivelfabrieken. Heerhugowaard b. v.
telde er 3, evenals Berkhout. Zelfs Keinsmei1
brug telde er twee, De Raaf en Ceres. Ook Twisk
had er twee namelijk Twisk en Rosita. Rosita
was de enige zuivelfabriek in dit gewest, waar
naast 50 ton kolen ook nog 10 ton takken als
brandstof werd gebruikt.
Bijgaand overzicht geeft een beeld van de
verwerkte melk.