14 Frans van Nijenrode.Beide partijen hebben een beëdigde landmeter in de arm genomen: "Adriaen Cornelisz Lisse gesuoren landmeter bijden hove van Hollandt. en Cornelis Cornsz van Berck geometer vandie Landen van Utrecht. Kennelijk ligt er een conflict waarbij het kasteel van Schagen inzet is. De landmeters reppen er met geen woord over; waarschijnlijk hebben zij ook van niets geweten. Het archief van de Heeren en de Heerlijkheid van Schagen geeft over deze zaak geen enkele informatie. Gelukkig zijn uit het familie archief van de familie Van Beijeren van Schagen een flink aantal stukken bewaard gebleven en ook geïnventariseerd. En met dit archief komen we verder. Het herbergt o.a. een drietal charters aangaande een proces voor het Hof van Holland tussen de familie Van Beijeren van Schagen en de familie Van Nijenrode. De stukken noemen dezelfde, hierboven genoemde namen. Ze zijn gedateerd tussen juli 1563 en maart 1571, maar in een van de charters wordt verwezen naar een in deze zaak al eerder gedane uitspraak, gedateerd 21 oktober 1544. De zaak loopt dus al heel lang. Kort gezegd is er het volgende aan de hand: De families zijn verwant. In het verleden is uit het familiekapitaal van de Van Beijern van Schagens een flinke som geld gelegateerd aan een telg van de familie Van Nijenrode. Het geld is echter nooit uitgekeerd. Om deze vordering kracht bij te zetten hebben de Van Nijenrodes een deel van Schagens kasteelgoederen in bezit genomen, namelijk "de wilden boomgaard" en "het huis bezijden de voorpoort". Zij kunnen hierop echter alleen rechten laten gelden, als genoeg doening, als de kasteelgronden privébezit zijn van de familie Van Beijeren van Schagen en dus geen leengoed. Op 6 maart 1571 geslist het Hof van Hollandt, na een appél bij de Grote Raad van Mechelen, dat het genoemde legaat alsnog uitbetaald moet worden en dat de kasteelgoederen leengoed zijn, en dus onvervreemdbaar; zij dienen ontruimd te worden. CONCLUSIE Alhoewel het nergens met zoveel woorden wordt gezegd, mogen we aannemen dat we hier te maken hebben met processtukken. Het landmetersrapport en de bijbehorende kaarten zijn naar alle waar schijnlijkheid vervaardigd op verzoek van het Hof van Holland, misschien zelfs wel in twee fasen. In het laatste geval zou dat een verklaring geven voor de twee jaartallen: 1547 en 1561. Te zijner tijd zullen we proberen het hele proces te reconstrueren.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 1989 | | pagina 16