11 eeuw b. v kunnen waardevol zijn voor de landschapsge schiedenis van dit gebied. De eerste topografische kaart (schaal 1:25.000) van 1877 (fig.1) toont in verge lijking tot de meest recente (fig.2), dat nog heel veel van het oude land van Schagen intact is gebleven. Natuurlijk zijn er grote in grepen geweest, zoals het graven van het kanaal Stolpen—Kolhorn in de dertiger jaren, de aanleg van de S3 en de S6, en de uitbreiding van de bebouwde kom van Schagen. Desalniet temin zijn er nog zoveel cultuurhistorische land schapselementen en patronen behouden gebleven, dat deze in essentie ook voor de toe komst veiliggesteld dienen te worden. Dergelijke gave landschappen zijn zeldzaam (geworden) in N.H. Gelukkig heeft de Provincie N.H. om die reden de rui 1verkaveling Schagenkoggewaar het buitengebied van de Gemeen te Schagen deel van uitmaakt met veel landschappelijke zorg omkleed. Zo zal de Provincie een landschapdes- kundige als lid van de uit voeringscommissie van de ruilverkaveling benoemen. Een onderzoek naar oude veldnamen kan ook voor de landschapsdeskundige waarde volle informatie opleveren. Hoe meer gegevens boven water komen, hoe beter de 1andschapsreconstructie tot in detail plaats kan vinden.Eerst dan kan een verantwoorde aanpassing van het landschap bereikt worden naar toekomstige behoeften. De waarde van veel veldnamen blijkt dan ook pas in hun onderlinge samenhang. Fig.3 toont de situatie eind jaren vijftig begin jaren zestig. Deze situatie zullen veel boeren zich nog herinneren. Schagen was toen nog nauwelijks gegroeid. Op deze kaart staat een deel van de tot nu toe verzamelde gegevens weergegeven. De veldnamen staan per km. hok gerangschikt ernaast. Veel stukken land zijn genoemd naar eigenaren (pachters). Op fig. 3 konden deze alleen weergegeven worden als maar op grotere kaarten werden de namen wel bijgehouden. Hier volgt een lijst met de namen van boeren/landeigenaars uit de sectoren die "gedaan" zijn: Baas, W. Baken, Bakker, Bal, Balder, Blauboer, C.Blom. H.Boontjes W. Borst, Diepen, A. Eriks, v. Gelder, Grin, Th. Groot, Kant, Kieft, K/P Mooij, Pauw Portegies, Reijne, Rood, Rotteveel, Ruiter, Schilder, R. Schoen, A. Schoorl, Stammes, Timmer, Timmermans, Trapman,Tuinman, D/W Visser, v. Vliet, Voorladders, Vrijburg, A. Winkel Zander. Verder zijn veel veldnamen genoemd naar hun oppervlakte (fig.3 Deze werden gemeten in geersen (mv. van gars 3 1/2 gars 1 ha. 1 bunder). Namen van sloten die nog niet op fig. 3 staan (C3-km-hokDe Laanmei sloot (langs de Langestraat, liep vroeger door tot aan het Noord) De Bronsloot het verlengde van de Laanmersloot met een hoek naar de Nes).Ook zijn er namen naar de kwaliteit van de grond: "De Dres" (B3-4) Een Westfries woord voor meestal zware gronden. Als er in de herfst niet ge ploegd was om de akkerbouw, bleef de grond tot ver in't voorjaar steenhard. Bieten en gerst b.v. gingen de eerste 2 jaar nog wel. Daai na weer grasland, waarvan de zode wel 20 jaar goedbleef. Ook een gescheurd en pas in gezaaid perceel wordt overig ens wel dres genoemd. "De

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 1989 | | pagina 13