Paleografie.
15
Afb. 5 Langhuisboerderijtje aan de Kreil
te Barsingerhorn.
1. Schilstra, J. J. L. Brandts Buys en
C. de Jong, De stolp te kijk. Wogmeer
1978, p. 105.
2. Het Westfriese woord keuken heeft een
ruimere betekenis dan gebruikelijk. Met
keuken wordt namelijk woonkeuken bedoeld
met voorkeuken slaapkamer. Zelfs wordt
er wel een heel eenvoudig huisje mee aan
geduid.
3. Bloemers, J. H. F. L. P. Louwe
Kooijmans en H. Sarfati, Verleden Land.
Archeologische opgravingen in Nederland.
Amsterdam 1981,p. 56-57
4. Bloemers etc. 1981,p. 69-70
5. Brandts Buys,L.De landelijke bouw
kunst in Holland's Noorderkwartier
Arnhem 1974,p. 460
6. Schilstra,J.J.L. Brandts Buys en C.
de Jong, De stolp te kijk. Wogmeer 1978,
p. 47 en verder
7. Brandts Buys 1974, p. 176 en verder
8. Jong, S.Vijf Noorhollandse boerde
rijbestekken uit de eerst helft van de
17e eeuw. Een studie over het ontstaan
en de bouw van stolpboerderijen. Stich
ting Historisch Boerderij Onderzoek,
Arnhem 1985, p. 11
9. Slicher van Bath, B.H. De agrarische
geschiedenis van West Europa, 500-1850.
Utrecht 1960, p. 220-225
In een vorig nummer van De
Kakelepost heeft u kunnen
lezen over het moeilijke
handschrift van secretaris
Pietersz. Boven het artikel
stond een fragment van ge
noemde tekst, die vermoede
lijk voor de meesten van u
onleesbaar was.
Voor de puzzelaars, om hun
vertaling te kunnen kontro-
leren, en voor de leden die
benieuwd zijn naar de inhoud
is nu het volledige stuk
afgedrukt met de transcrip
tie.
VERZOEK OM UITBREIDING VAN
HET AANTAL, KIESGERECHTIGDEN.
Op 1 januari van elk jaar
kwamen in Schagen de kiesge
rechtigden uit de zeven kies
districten de zogenaamde
"sevendelenbij elkaar om
voor dat jaar een nieuw
bestuur te kiezen.
Deze verkiezing, die "boon-
loting" werd genoemd, vond
plaats in de kerk. Het toen
malige raadhuis op de markt
was veel te klein om het
gezelschap van soms vijftig
personen te kunnen bergen.
Per kiesdistrict werd een
afgevaardigde uitgeloot. Dat
werd degene, die uit de pot,
of zak, met bonen de zwarte
boon trok. Deze "gelukkige"
de "swarte boon" genoemd
wees twee personen uit zijn
district aan, als candidaat
voor het schepenambt. Uit
deze candidaten werd er één
door de heer van Schagen, of
diens vertegenwoordiger aan
gesteld tot schepen. Op deze
wijze werden uit de veertien
door de "swarte boonen" aan
gewezen personen dus zeven
schepenen benoemd.
Kiesgerechtigd waren in die
tijd uitsluitend personen,
die meer dan een vastgestel
de hoeveelheid land of goe
deren bezaten, en bij voor
keur van de "gereformeerde
religie" waren.
In 1B4A bleek het aantal
personen, dat aan de voor—