die aansloten op de stijlen.
Deze plaategronden vertonen
volgens Brandts Buys een
frappante overeenkomst met
de door hem gerekonstrueerde
oudwestfriese boerenwoning,
(b) Dit type boederij, ook
wei 1anghuisboerderiJ ge
noemd, is tot in de 19e eeuw
gebouwd. De woning en de
stal waren niet van elkaar
gescheiden. Dit was ook het
geval bij de andere boerde
rijtypes tot liet begin van
de 20e eeuw. Aan de Kreil te
Barsingerhorn staat nog zo'n
1anghuisboerderiJtje (afb.5)
Het is opgetrokken uit gele
steen en gedeeltelijk be
pleisterd. Er is aan één
zijde een franspies. In de
voorste helft bevond zich de
woning met bedsteden onder-
de lagewand. In het achter
ste deel stond het vee ge
stald. De schoorsteen staat
op de scheiding tussen
woning en stal. Het larighuis
Je verkeert in deplorabele
toestand en wordt sinds
enige Jaren niet meer
bewoond. In de loop der tijd
werden de langhuisboerderij-
er» voorzien van een hooihuis
dat direkt. achter de boerde
rij werd geplaatst. Een hooi
huis is een geheel of gedeel
tel ijk gesloten ruimte waar
in hooi wordt opgeslagen,
ook wel kapberg genoemd. Dit
type wordt door Brandts Buys
hooi huisboerderiJ genoemd.
Het ziJn van oudsher speci
fieke veebedrijven. De hooi-
huisboerderiJ kan geen tus
senstadium zijn tussen het
langhuis en de langhuisstolp
met- langstal omdat bij de
hooi huisboerderiJ de berg
achter de stal staat en bij
de langhuisstolp naast de
stal. Voor de ontwikkeling
van de langhuisstolp moeten
we eerst weer terug naar liet.
langhuis. Het kwam ook voor
dat de berg naast de boerde
rij werd gezet in plaats van
erachter, aan de zijde van
het werkgedeelteDit was
liex t geval bij gemengde be
drijven. Het stolpdak is
niet eenvoudig ontstaan door
het groter en hoger maken
van het hooivak en het uit
stulpen van het dak. Brandts
Buys denkt dat er verband
bestaat tussen het ontstaan
Vcin het stolpdak en de bouw-
traditie van gebieden die
voor het ontstaan van de
Zuiderzee aan het Friese
kuItuurgebied grensden.(6)
In deze gebieden tastte men
van oudsher oogst en hooi
binnen de boerderij op. Door
de verkrijgbaarheid van
zwaarder balkhout en de be
hoefte aan meer tasruimte
was er een aanleiding om de
bergrui mte te vergroten door
zowel de stijlen te verho
gen als door het verder uit
elkaar zetten van de gebin
ten. Dit boerderijtype met
verhoogde schuur zou gezien
de verder ontwikkeling van
de diverse Westfriese types
al in de middeleeuwen hebben
bestaan. Volgens Brandts
Buys is dit type de belang
rijkste aanleidng geweest
tot de verder ontwikkeling
vcin de stol pvormi ng. We
mogen veronderstellen dat
liet type boerderij met
binnenberging dat uitgroeide
tot de boerderij met verhoog
de schuur direkt aanleiding
is geweest voor de Westfrie
se boer om liet- hooivak bij
de gemengde bedrijven uit te
bouwen. Deze ontwikkeling
hield verband met de be
drijfsontwikkeling in de
middeleeuwen, toen ontgin
ningen hun vruchten begon
nen af te werpen. De stolp-
vornming bij het gemengde be
drijf kan een indikatie zijn
van de toegenomen welvaart
en zal rond 1500 hebben
plaats gevonden. Uiteinde
lijk werd de hele hooiberg