C\ 6cel
6
vr/irwaewi t?
'r/s/stur /w«
l+shc^/Cz
'A-.-.V '■mi'',» "1 *- ~"ïi
kige communicatie en de ge
bruikelijke ambtelijke
papierwinkel werd het voor
rechthebbenden bijna onmoge
lijk om het voorgeschoten
geld terug te krijgen. Samen
met de burgemeester probeei
de Cornelis zijn geld uit
Den Haag terug te krijgen.
Talloze brieven werden ver
geefs geschreven. Dan weer
was het bewijs onvoldoende,
dan weer was er een nieuw
formulier ingevoerd. Ze
moedeloos van.
nieuw aanvraag—
dat bij Joh.
Haarlem werd
werden er
Voordat een
formulier,
Enschede in
besteld, in Schagen aange
komen was, was de termijn
verlopen. Ze hebben hun geld
nooit gekregen.
VERZORGING VAN DE GEVANGENEN
Dit was niet het enige
conflict dat Cornelis met de
autoriteiten had. De verzoi
ging van de gevangenen was
in zijn tijd uitbesteed aan
"aannemers", dus geprivati
seerd zoals dit nu genoemd
wordt. Cornelis besteedde 10
stuivers per dag per gevange
ne, en declareerde dat
bedrag bij de gemeente. De
gemeente declareerde de kost
en dan weer bij de "Generale
aannemer". Dit was in de
jaren 1815/1816 van Rijn Jsz
in Amsterdam. Deze wenste
echter niet meer dan 6
5/16 stuiver per kop per
dag" uit te betalen. In
Beverwijk en Loenen kwamen
ze wel uit met dit bedrag,
dus in Schagen moest het ook
kunnen. Een persoonlijk
bezoek van Cornelis aan van
Rijn mocht niet baten. In
november 1816 schrijft de
burgemeester een zeer boze
brief over dit onderwerp aan
de Staatsraad. Binnen een
week is er antwoord. De
Staatsraad is van mening dat
6 stuivers en 5 penningen
per dag voldoende moeten
zijn. Hij adviseert de
burgemeester om jaarlijks in
de gemeente begroting een
post "salaris voor de cipier
op te nemen. Dit zou
vijtig tot honderd gulden
moeten bedragen, naar gelang
de omstandigheden.
DE TOESTAND VAN DE GEVANGE
NIS
De toren is stevig gebouwd,
maar voor het gebruik als ge
vangenis niet optimaal. Dit
blijkt uit een opgave van de
toestand in de maand april
1822. De vloeren, trappen,
deuren en het voor een ge
vangenis zeer belangrijke
hang— en sluitwerk behoeven
dringend verbetering. "Dat
er geen gevangenen ontsnapt
zijn is echter meer toe te
schrijven aan de bijzondere
zorg, die voor de gevangenen
genomen wordt, door er een
wacht bij te plaatsen, dan
aan de sterkte van de ge
vangenis", zo staat er in de
opgave van de schout.