5
jaren de kost met verschil
lende werkzaamheden, o.a.
voor de gemeente. We komen
hem tegen in de Schager
Reeel boeken als kwitantie-
loper en als verkoper van
een deken, kosten F 2.—.—,
voor de "casernen"(kazernes)
Hij trad regelmatig op als
getuige bij huwelijken en
overlijdensaangiften. Een
bezigheid die enkele penning
en, of soms wel stuivers op
leverde. In deze acten staat
dat zijn beroep cipier was
Dit wekte vermoedelijk ver
trouwen bij de betrokkenen.
Bij geboorte— en overlijdens
aangiften van zijn kinderen
was hij verversknecht,
verver en zelfs een keer
koopman.Als assistent van
deurwaarder Boonacker, ge
tuigde hij verschillende
keren bij civiele processen,
die gevoerd werden voor het
VredesgerechtHiervoor
bracht hij dan bezoeken aan
plaatsen in de omgeving
zoals Dirkshorn,StMaarten
en de Niedorpen. Zo is hij
in 1823 getuigen bij de vei
koop van "70 a 80 Parken
Eisen en Ypen" in de herberg
"De Peereboom" in Dirkshorn.
Gedurende zijn loopbaan als
cipier maakte hij zijn teke
ningen en schilderijen en
schreef hij zijn boeken.
Voor zover wij weten maakt
Cornelis zijn schilderwerk
grotendeels in opdracht. Hij
moest dan de opdrachtgever,
zijn woning en woonomgeving
zo natuurgetrouw weergeven.
We zijn er niet achter ge
komen hoeveel geld hij kreeg
voor een schilderij. Ook
weten we niet, wat hij met
het schrijven van boeken ver
diende. Het zal niet veel
geweest zijn want de oplage
was zeker niet groot,de ver
koopprijs was slechts F 2,20
AANGESTELD ALS CIPIER
In 1811 werden er in het
hele land "hulpgevangenis
sen" opgericht. Ook Schagen
kreeg zo 1n gevangenis, welke
gevestigd werd in de weste
lijke toren van het Slot.
Cornelis werd aangesteld als
onbezoldigd cipier en kreeg
toestemming om in de ooste
lijke toren te gaan wonen.
Erg druk zal hij het niet ge
had hebben. De Schager ge
vangenis behoorde tot de
categorie "maison de pas
sage", huizen voor doortrek
kende gevangenen. Afgezien
van een lokale landloper
voor enkele nachten kreeg
hij incidenteel een groep
gevangenen, op de weg van
Den Helder of Texel naar
Alkmaar, te verzorgen.
PRETENTIES
In 1813 overnachtte in
Schagen een bataillon
Spaanse krijgsgevangenen,
dat onderweg was naar Den
Helder om daar vrij gelaten
te worden. Verschillende
burgers, waaronder ook Coi
nel is hadden kosten gemaakt
voor "vivres(levens
middelen) aan deze gevange
nen). De burgemeester, die
enkele burgers schadeloos
had gesteld, en Cornelis zou
den dit kunnen declareren
bij de Franse Staat. Dat
ging allemaal niet zo snel
en na het vertrek van de
Fransen in 1813 bleven zij
zitten, met deze "preten
ties" ten laste van de
Franse Staat. Door de gebrek