Een eenakter van
Cornelis Bok
25
VERVAL.
Op 7 december 1790 overlijdt
Tiesje Albers aan een "be
nauwde borst". Voor haar be
grafenis op 13 december
moest f15.00 impost betaald
worden.
Michiel Schram komt op 26
september 1796 te overlijden
De dood werd veroorzaakt
door "verval van krachten".
Hij werd begraven in de
Westerkerk in graf ZK (zuid
kapel347, 1 diep. De im
post bedroeg f 6.00. Uit dit
lage tarief blijkt dat de
algehele malaise in de
Republiek, waar Enkhuizen
zeer sterk onder te lijden
had, niet ongemerkt aan de
familie Schram was voorbij
gegaan.
8/9 JAN LUBBERTS EN IJTJEN
RIDDEWERTS.
Jan Lubberts is ca 1700 ge
boren. Zijn eerste huwelijk
werd in Enkhuizen gesloten
op 22-5-1718 (impost f 6.00)
met Lijsabethjen Dirckx van
de Breedstraat. Zij overleed
nog geen jaar later op 17—2—
1719. De impost bedroeg f
3.OO. Op 3—8—1720 gaat hij
in ondertrouw met Ijtjen
Riddewerts, j.d. op de Nieu
we Straat. De impost
bedraagt dan f 6.00.
Van de kinderen van dit
echtpaar is niet veel be
kend. Vermoedelijk had
Ridduwert (zie 4/5) nog een
zuster met de naam Luitje.
Zij was getuige bij de doop
van zijn zoon Cornelis in
1854.
1. INLEIDING
Op 1 maart voltooide C. Bok
"Hendrik Prins, of de
Nederlandsche MATROOS zoo
hij behoort te zijn",
blijspel met zang in 1
bedrijf. Het stuk is gedrukt
en in genoemd jaar uitgege
ven in Den Helder. In het
voorbericht schrijft Bok dat
hij het schreef op verzoek
van "Directeur G. Kooij en
de Leden van deszeifs Toneel
gezelschap". Uit de rolvei
deling die in de uitgave is
opgenomen blijkt dat deze
G. Kooij de rol van Hendrik
Prins speelde. Op grond van
deze gegevens veronderstel
ik dat deze eenakter in 1835
te Den Helder is opgevoerd.
2.INHOUD
Het toneel stelt een kamer
voor ten huize van de heer
Ankergrond, oud—kapitein ter
Koopvaardij. Zijn dochter
Cornelia is verliefd op
Hendrik Prins die zich aan
boord bevindt van Zijne
Majesteits oorlogsschip "De
Zeeuw", evenals prins
Hendrik een kleinzoon van de
Koning. Dit schip is enkele
dagen geleden thuisgevaren.
Cornelia schrijft Hendrik
een brief waarin zij hem
meldt dat Schram, zijn
