15 ge ouderdom. Namen die daar al gevestigd moeten zijn toen de eerste Christenpre- dikers de heidense Westfrie zen benaderden. In of om streeks 't jaar 690 stichtte Willibrordus in Petten (het verdronken Petten) een z.g. moederkerk. Van daaruit zal hij met zijn helpers de streek zijn ingetrokken. In alle geraadpleegde litera tuur kom je regelmatig tegen dat de verbreiding van het Christendom een vallen en opstaan was en dat de Frie zen dus ook de Westfriezen het heidendom halsstarrig aanhielden. Ook als ze in naam Christen waren gewor den, bleven ze de heidense goden trouw, die spraken kennelijk te veel tot de verbeelding. De veldnamen die ik tegenkom kunnen dit slechts bevestigen, ze lie gen er niet om. Zon naam is op de klank overgeleverd, zonder althans de laatste eeuwen de juiste betekenis nog te weten, al naar gelang het heidendom in de praktijk vervaagde Heilige bomen en bossen speelden naast vele andere goden in het leven van de oude (West)friezen een grote rol. Het gebied hier moet rijk aan bomen zijn geweest, de bossen zijn gekapt, de grond in cultuur gebracht. De namen bleven, zoals: DELLEBOS. Delle wil zeggen "bij elkaar komen, vergaderen". Het was dus die plek in het bos waar men gewoonlijk bij elkaar kwam om te vergaderen. De Friezen van NU kennen het woord "del" nog. Als ze "del"—komen, dan komen ze op visite, dus bij elkaar. En delibereren houdt ook verga deren beraadslagen in. Op een kaart van de Zijpe uit de 17e eeuw vinden we het Wilbertsdel, één van de plekken waar Willibrordus bij leven heeft gepredikt en zijn gehoor zich rond hem verzamelde. Het waren meestal hooggele gen plekken, in tegenstel ling tot een andere beteke nis van "del", dat "dal" of laagte inhoudt. Zo ook de veldnaam WITTENDEL Witten is verWITtigen, ver- Een Christen—prediker te midden van zijn Heidense gehoor kondigen. De plek waar het geloof verkondigd werd en er werd gedoopt. Witte is ook doopsel. Op deze plek vond men bij het diepploegen tij dens de herverkaveling een groot brok steen, het be vindt zich nu in het West- fries Museum te Hoorn. Het moet deel hebben uitgemaakt van een groter geheel want het is zichtbaar gebroken. In het midden bevond zich een komvormige uitholling. Op het terrein vond men ook skeletten. Wetende dat de

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 1988 | | pagina 17