De geografie van
Noord - Holland
4
Wie op 5 november j 1niet
naar de lezing van Henk.
Schoorl over de geografische
ontwikkeling van Noord—Holland
is geweest, heeft iets gemist.
Zon 50 a 60 mensen hadden
daar een vermoeden van of wis
ten uit ervaring dat dhr.
Schoorl op dit terrein heel
wat te vertellen heeft.
Gesteund door een enorm aantal
dia's gaf dhr. Schoorl een
boeiend beeld van het ontstaan
van ons gebied tot wat het nu
is.
In dat verhaal speelt de zee
een overheersende rol. In alle
tijden heeft de mens die in
dit gebied wilde wonen, moeten
vechten tegen het water en
voor een bestaan dat hij
bepaald niet kado kreeg.
Aanvankelijk waren alleen de
hooggelegen strandwallen be
woonbaar en liepen de gebieds—
grenzen door de uitgestrekte
en onbegaanbare veengebieden.
Door ontwatering van dit veen
vindt er oxydatie plaats en
zakt het landoppervlak tot
onder de zeespiegel. Dijken,
zoals de Omringdijk moeten
bescherming bieden. De tal
rijke wielen geven aan dat dat
maar ten dele gelukte.
Tegelijkertijd is het land
voortdurend in beweging:
stormen slaan grote stukken
duin weg, maar aan de luwe
kant groeit het land aan.
De mens zou echter de mens
niet zijn als hij niet pro
beerde zijn bestaan te
verbeteren. Aan de hand van de
kaart van Jan van Scorel komt
de bedijking van de Zijpe aan
de orde; Petten en de tragedie
rond dit een paar maal ver
dronken dorp, de Hondsbosse en
Callantsoog passeren de revue.
Rond 1600 vinden veel be
dijkingen en herstellingen van
dijken plaats, wordt het
eiland Huisduinen door een
stuifdijk verbonden, in 1629
vindt op Texel met het Eier—
land hetzelfde plaats.
Toch blijft het water: het
paalwerk in de traditionele
wierdijken lijdt onder de
paalworm en veroorzaakt in
1722 een ware ramp. Het leidt
echter ook tot een belangrijke
verbetering in de dijkbouw:
gebruik van stenen.
Maar komt er ooit een einde
aan het gevecht tegen de zee?
De laatste beelden over de
verhoging van de dijken tot op
Delta—hoogte doen vermoeden
van niet.
En ook het land achter die
dijken blijft veranderen.
F.Ti mme r
IHUUSDUHFJL
Westrfjnnt
't Of.HF.
Tineke/'
ie dor]
'uwrnu
rmenhuxen k
Jfrl
Oudeniedorf.