I 11 beschikbaar gesteld door het afdelingsbestuur van de Archeologische Werkgemeenschap voor Nederland, een sleuf getrokken. Ditmaal vlak bij het westelijke torentje. Ook hier bleek de muur goeddeels gesloopt op enkele steenlagen na. Deze stenen waren iets kleiner van formaat dan de stenen van het woonhuis, en dateren daarom vrijwel zeker uit 1430, toen Willem van Schagen het huis verbouwde. Het bovenstaande onderzoek heeft bewezen dat er twee bouwperioden, die in de boeken bekend waren, 1390 en 1430 zijn geweest, maar ook dat er twee, veel oudere bouwfasen aan vooraf zijn gegaan. De kloostermoppen wijzen op de periode tussen 1230 en 1260, het ophogingspakket op een zelfde tijdsgewricht of iets eerder. VERONDERSTELDE ONTWIKKELING. In de late twaalfde— of vroege dertiende eeuw zou er een van SCHEMATISCHE WEERGAVE DOORSNEE KASTEELTERREIN A. Kleiafzetting, ong. 1500 v Chr. B. Veen, tussen 1500 v Chr. en 1000 n Chr. C. Pik-klei, 12e eeuw D. Ophogingslagen met paalgaten en scherven, 12e/13e eeuw E. Ingraving voor kloostermoppen- muur (G), 13e eeuw F. Ingraving voor muur uit ong. 1390 G. Muurwerk uit de 13e eeuw H. Verdwenen muur uit ong. 1390 I. Vrijwel geheel uitgebroken muur ong. 1430 J. Grachtslib K. N& 1830 opgebrachte grond met honderden begravingen uit de periode ongeveer 1830 - 1890 huis op deze in 1430 door gen vergroot Aanwij zi ngen ten over een hout opgetrokken 'curtis' om geven door aarden wallen en een gracht hebben gestaan. Mogelijk is in het begin van de 13e eeuw in de zuid—oost hoek van het terrein een stenen toren, een 'Donjon' neergezet. In 1390 zette Albrecht van Beieren een nieuw plek en werd dit Willem van Scha— en verfraaid, in oude geschrif- kasteel vóór 1390 bestaan er niet, alhoewel er toch wel enig indirekt bewijs materiaal is. Hardnekkig is het verhaal over 'Ridder Magnusdie samen met de Hollandse Graaf Willem II op kruistocht naar het Heilige Land is gegaan. Daar vandaan gekomen bracht hij een tweetal zwarte (Romeinse?) zuilen mee die tot aan de sloop in 1827 in het slot aanwezig zijn geweest. De familie d'Oultre— mont kende blijkbaar hun waarde, want zij heeft de zuiltjes naar België laten overbrengen. Een tweede aan wijzing vinden we in de Eg— mondse bronnen. Het klooster te Egmond had al in 985 van Graaf Dirk II en zijn echt genote Hildegardis een gebied van 120 ha geschonken gekre gen. Het toezicht op dit gebied werd uitgeoefend door een door de Abt aangestelde 'Meier'. Deze persoon bezat zonder twijfel groot aanzien en zal overeenkomstig zijn behuisd. Bovendien liggen, als we de oorspronkelijke verkave— T Viest •lm, 2n\. 3 m.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 1987 | | pagina 13