6 NOORD HOLLAND (Omgeving Schagen) Raad aan een onschuldig jong Meisje (1899) Als liefde gaat ontluiken en Hendrik kijkt je aan, De merel zit te tjuiken en pronkend prijkt de haan; Als Hendrik dan wil mallen en drukt in het gras je neer, Dan moet ge het vuistje ballen en kampen voor uw eer! Zijn praatjes klinken prachtig,maar dat is schone schijn. Ge zoudt toch nu niet drachtig van Hendrik willen zijn. Laat alles eerbaar blijven: geen liederlijk gedoe; De liefde moet beklijven en laat geen wellust toe. LATER Wanneer de tijd gaat komen,dat het bruidsbed staat gereed, Als vreugdetranen stroomen op het witte bruiloftskleed; Wi1tmeiskeu bezinnen dan op uw schoone taak, Telt ijlings nu uw linnen,want weldra is het raak. Dan klinkt ook spoedig het krijten,het krijten van een kind. De paai vol zelfverwijten zoekt troost bij pul of pint, Maar als dan even later de kleine dreumes kweelt Staat paai het oog vol water bij zooveel moederweeld. Dan welt een diep verlangen in trotse vaderborst; Hij kust hen op de wangen terwijl hij tranen morst. Dan lonkt zij naar haar baasje en hij streelt zacht haar been En hij heft schalks zijn glaasje: "Wij nemen er nog een. Uit nagelaten werk van de Eerw.Heer L.K.P.Barrebies, in leven predikant te S. Deze stichtende versjes deelde de eerwaarde Barrebies aan zijn parochiaantjes uit. Ze zijn liefdevol en poëtisch,maar toch recht voor de raap. Men kan ze als een schuchtere poging tot voorlichting beschouwen.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kakelepost - Schagen | 1987 | | pagina 8