WIERINGERMEER.
GEMEENTERAADSVERKIEZING
‘Voor alles: Zelfstandigheid’ 1941 - start van gemeente Wieringermeer
waren
29ste jaargang 2021/2, nummer 89
Stembureau
Lutje.Kolhorn
Gemaal Lely
Slootdorp
Totaal
Aantal zetels
Totaal
676
597
772
2045
13
A.R.
218
130
226
574
4
Partij
v.d. Arb.
194
152
206
552
3
Chr. Hist.
76
74
109
259
2
Partij v. d.
Vrijheid
91
58
52
201
1
Wetsontwerp
Op 3 mei 1940, een week voor het uitbreken van
WOII, nam de Tweede Kamer een wetsontwerp
aan tot instelling van een nieuwe gemeente
Wieringermeer, per 1 januari 1941. Door de oor
logssituatie schoof de datum op naar 1 juli 1941.
G.G. Loggers verruilde zijn burgemeesterspost
van Barsingerhorn voor die van Wieringermeer.
A.W. van Oers en A.C. de Graaf traden najaar
1941 aan als wethouder. Loggers werd op 13 juli
1942 door de bezetter aan de kant geschoven,
NSB’er A. Saal kwam in zijn plaats. Nog dezelf
de dag trad De Graaf af. NSB-lid en landbouwer
O.H. Venema trad oktober 1942 aan als wethou
der. Van Oers overleed in mei 1944. Pas in de
zomer van 1946 werd de Wieringermeer een
volwaardige gemeente, met een gekozen raad.
Deze koos zijn wethouders op 3 september uit
haar midden. Het wordingsproces kreeg op 12
mei 1949 nog een formeel staartje. Pas toen
werd het wetsontwerp van 3 mei 1940 formeel
tot wet verheven. Wieringermeer ging op 1 janu
ari 2012 op in fusiegemeente Hollands Kroon.
Bronnen: Archief HGW, dossier Instelling ge
meente Wieringermeer. Flevo Bode.
Het Openbaar Lichaam als bestuurscommissie
voor de Wieringermeer was per 1 januari 1938
een feit. Vanuit de bewoners namen deel: H.
Leijten, A. W. van Oers, J. Venhuizen en A.C. de
Graaf. De overige (beroeps)bestuurders waren
Ir. S. Smeding (directeur Wieringermeerdirec-
tie), de burgemeesters P.C.J. Peters (gemeente
Medemblik), A.F. Kamp (gemeente Texel) en de
ambtenaren Mr. A.J. Backer van de provinciale
griffie van Noord-Holland en C.L. de Bruijn, se
cretaris bij de Wieringermeerdirectie. A. Blaau-
boer was de eerste ‘pseudo’ gemeentesecretaris
en ambtenaar van de burgerlijke stand.
Toch worstelde de bestuurscommissie wel dege
lijk met de vraag ‘wanneer de tijd dan wel rijp is
voor een echte gemeente’. Gedeputeerde Staten
van Noord-Holland meldde voorjaar 1939 aan
het Rijk dat een echte gemeente per 1 januari
1941 wenselijk was. De departementen stuur
den dit voorstel naar de lokale bestuurders. Die
zagen de noodzaak om ‘zo snel mogelijk tot
een volwaardige gemeenteraad, verkiezingen,
een eigen burgemeester’, etc. over te gaan. Want
‘de tegenwoordige inwoners hebben op het ge
meentelijk bestuur geen directen invloed kun
nen uitoefenen.’
De eerste naoorlogse gemeenteraadsverkiezingen
op 26 juli 1946. Bron: Flevo Bode, 31 juli 1946.
eenigszins getrouwe afspiegeling van de po
litieke samenstelling der bevolking in 1941 en
volgende jaren zal zijn. de nieuw ingekomen
inwoners zullen enige jaren noodig hebben om
zich in te leeven.’ Ook kwam een financiële aap
uit de mouw. Een volwaardige gemeente wor
den, betekende de nodige rijksfinanciën moe
ten missen. Conclusie: de bestuurscommissie
wilde best meewerken aan een snelle overgang
mits ‘het mogelijk zou blijken de noodige voor
zieningen tijdig te treffen het’. Zo geschiedde.
Afspiegeling
Aan de andere kant gaven de grote wisselingen
onder bewoners te denken, want wie zouden er
in 1940 aan verkiezingen meedoen? Het totaal
aantal kiezers in 1939 bedroeg rond de 1650 per
sonen, maar van dit aantal zouden er nog vele
vertrekken. De commissie wilde het liefst zoveel
mogelijk kiesbevoegde personen die de gehele
bestuursperiode in het gebied zouden wonen.
De polder had tot zeker 1942 te maken met in
komende (pachters)gezinnen én met grote groe
pen vertrekkende ambtenaren en arbeiders ‘die
in 1941 de Wieringermeer zullen verwisselen
voor den Noordoost
Polder’. De bestuurs
commissie stelde:
‘In 1940 kan daarom
geen zekerheid be
staan, dat de gekozen
gemeenteraad een
K.V.P.
97
183
179
459
3