Vier generaties Dieleman
Bram zag hem te laat ook omdat het donker
was. Drie kilometer van huis en 29 jaar jong.
Zijn vrouw was zes maanden zwanger en be
viel in april 1949 van een jongen en noemde
hem Bram. Een vreselijk moeilijke periode brak
aan, maar met behulp van familie, bekenden en
vooral dokter Hoogkamer heeft ze de boerderij
weten te behouden. 5 jaar later liep zij tegen een
nieuwe man aan, Berend Buning. Samen heb
ben zij tot 1987 verder geboerd. Ze zijn daarna
in Wieringerwaard gaan wonen waar ze ook zijn
overleden.
Bij het voor de tweede keer droogvallen van de
polder wachtte een nieuwe tegenslag. Jan Die
leman sr. had ‘fout’ gehandeld in de oorlog en
kreeg de boerderij niet meer terug. Met hem
nog enkele andere pachters: ze hadden te veel
sympathie voor de NSB. Hier werd in de familie
verder niet meer over gepraat.
Aan de Waardweg 12
Aan de Waardweg
In mei 1947 arriveerden Bram en zijn vrouw
met twee jonge kinderen aan de Waardweg
vanuit Nieuwe Niedorp. Vol goede moed en blij
werd er een nieuwe start gemaakt. De paarden
kwamen weer terug en zo ook de hengsten. Het
begon allemaal opnieuw maar nu met de twee
de generatie. Ondertussen was vader Jan Diele-
man en zijn zoon Jan jr. naar elders vertrokken.
De blijheid aan de Waardweg duurde echter
niet lang want op 5 januari 1949 verongelukte
Bram met de motor op het kruispunt Schager-
weg-Waardweg. Een onverlichte paardenkar is
zijn noodlot geworden.
In 1939 diende de eerste tegenslag zich
aan. De vrouw van Dieleman, Adriana,
werd ziek en korte tijd later overleed
zij op 42-jarige leeftijd. Een half jaar
later brak de oorlog uit. Wat later bleek
zou dit grote gevolgen hebben voor het
voortbestaan van het bedrijf.
In 1942 ontmoette zoon Bram (geboren
14-02-1919) Catharina Stammes uit
Nieuwe Niedorp. Hij trouwde met haar
en ging in Nieuwe Niedorp wonen. Hij
fietste alle dagen naar de Koggenrand
weg om de paarden te verzorgen en om
op de boerderij te werken. Dit duurde
tot de onderwaterzetting. De paarden
werden toen bij veehouders op het ‘oude
land’ in de kost gedaan en deden daar
dienst in de hooibouw.
Maar ook zoon Bram mocht niet terug komen
op de boerderij. Hij had niets fout gedaan in de
oorlog, wist niets van de foute activiteiten van
zijn vader, maar werd te jong bevonden voor het
runnen van zo’n grote boerderij. Na veel praten
en onderhandelen met de Wieringermeerdirec-
tie (later Domeinen) werd hem toch een klei
nere boerderij toegewezen: hoeve B8 aan de
Waardweg 12; 35 ha land met een schuur erop.
Geen woning ervoor, die had er nooit gestaan.
Er werd woonruimte gemaakt in de wagenber-
ging, de voorkant voor de pachter en de achter
kant voor de werknemer. Het was een vreselijk
tochthok. Desondanks hebben ze daar 9 jaar
gewoond. In de begin jaren vijftig werd er net
als bij buurman G. Blaauwboer, een woonhuis
bijgezet. Van de activiteiten van buurman en
verzetsman Blaauwboer heeft de familie Diele-
man nooit geweten.
28ste jaargang 2020/2, nummer 86