Ingebracht en uitgelicht Wecken Historisch Genootschap Wieringermeer Marieke Roos Op zoek naar een voorwerp dat aan kan sluiten bij het interessante artikel over groenten al of niet vergeten, trof ik een weckketeltje aan in het archief van het Genootschap, ooit geschonken door Leny van der Giessen. Overbodig geworden dankzij de ontwikkelingen door de tijd heen. Om te beginnen haal ik een stukje tekst aan uit het artikel over groenten van Rein: 'Dan komt de oogst. Meestal een grote oogst, een gelijktijdige oogst. Alle kroppen sla, alle spinazie, alle radijzen moet je eigenlijk vandaag oogsten en vandaag verorberen. Zelf krijg je die berg nooit weggewerkt, je gezin ziet je ko men, de buren eveneens en de familie wijst je de deur.' Maar daar had de moeder van Rein ongetwijfeld een oplossing voor. Want om dit probleem te voorkomen hadden onze voorouders verschil lende technieken gevonden. Sinds mensen heugenis maakten ze al gebruik van de kunst voedsel te verduurzamen door middel van fer menteren, drogen, zouten en inleggen in water glas (nu gebruikt om een muur of vloer water dicht te maken), azijn of suiker. Zo had iedere visserman vroeger een paar gezouten platvis- jes aan de waslijn hangen om met behulp van zon en wind bederf te voorkomen. Een lekkere snack voor bij de borrel. Voedsel verduurzamen was van levensbelang. Men was nooit verzekerd van genoeg eten, spe ciaal aan het einde van de winter. Op op en de nieuwe oogst duurde soms nog lang. Aard appels laten zich niet goed bewaren tot in het late voorjaar, dan waren gedroogde bonen on misbaar. Maar met deze technieken waren de mensen nog niet tevre den. In 1795 loofde de Fran se regering een staatsprijs uit voor een betere bewaarmethode voor voedsel. Die was niet één twee drie uitgevonden. Dat duurde tot 1804. Toen kwam de Fransman Nicolas Appert met zijn vinding van het luchtdicht bewaren van allerlei soorten voedsel. Nicolas was als kok en suiker bakker zeker op de hoogte van de bedreigingen van slechte bewaring. Schimmels en bacteriën, vriend en vijand van bakker/kok waren hem al bekend. Zijn vinding bestond uit het koken van in glas gelegd voedsel. Tussen de fles en het deksel lag een rubberen ring. Op het deksel een klem die er tijdens het kookproces niet af mocht. De kooktijd varieerde per inhoud. De Franse regering had enige bedenktijd nodig om te bezien of deze vinding een prijs waard was. Maar na vijf jaar was ze er uit. De heer Ap pert ontving zijn prijs. Verder gebeurde er weinig met deze vinding. In 1840 verkocht hij zijn idee aan de familie Rem- pel uit Zwitserland. Deze verkocht het patent op

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek Historisch Genootschap Wieringermeer | 2019 | | pagina 32