polder
vorm gaven
Pier Montsma
De uitvoering van de Zuiderzeewerken was een gigantisch karwei waarvan de inpoldering
van de Wieringermeer nog maar een klein onderdeel was. Het werken aan de dijken werd
gedaan met behulp van baggermolenszandzuigers, kranen, onderlossers, sleepboten, noem
maar op. Maar al dat zware materieel had geen nut gehad als niet honderden dijkwerkers,
mattenvlechters, steenzetters en later nog grondwerkers, greppelaars en buizenleggers hun
werk hadden gedaan. Zwaar werk, onder vaak zeer slechte omstandigheden. Hieronder
enkele wetenswaardigheden over het wel en wee van pioniers uit die tijd.
De Maatschappij tot Uitvoering van Zuider
zeewerken (MUZ) was tegelijkertijd bezig met
het baggeren van kanalen in de nieuwe polder.
Dhr. Snoijink was betrokken bij dit werk en
vertelt: 'Bij het droogmalen werden grote hoe
veelheden vis naar het gemaal Leemans getrok
ken. De mensen konden de schar, bot en schol
zo uit het water scheppen'.
Voor de huisvesting van de werkmensen lag in
de haven van De Haukes een logiesschip dat
door de MUZ van de Marine was overgenomen
en verbouwd. Aannemer O.J. Bosker zorgde
voor vervoer van de werkkrachten van De Hau
kes naar de losplaatsen op de Oude Zeug; de
overbodig geworden postboot De Haukes-Van
Ewijcksluis (de Korte Afsluitdijk was inmiddels
klaar) werd daarvoor gebruikt.
Op de Oude Zeug zelf waren een groot aantal
woonketen opgetrokken. Dhr. Bertus Toebak
uit Wieringerwerf, voormalig dijkwerker op
Oude Zeug, dacht dat er tien tot twaalf keten
waren, door ongeveer duizend mannen be
woond van wie sommigen zelfs hun gezin had
den meegenomen.
Dijkwerkers Een dijkwerker van het allereerste
uur was dhr. A. van Eekelen. In 1924 kwam
hij samen met zijn vrouw uit Noord-Brabant
Het begin De bouw van de Wieringermeerdijk
begon met de aanleg van het werkeiland Oude
Zeug met bijbehorende haven. Vandaaruit
werd begonnen met de omringdijk van de
toekomstige polder. Het personeel moest veel
zwaar werk verrichten: grondwerkers ver
spreidden met de hand het door zandzuigers
opgespoten dijklichaam; rijswerkers vlochten
grote matten van wilgentenen die door storts-
tenen werden verzwaard om aan de voet van de
dijk te kunnen zinken. De glooiing van de dijk
werd door de steenzetters gezet met basaltblok
ken afkomstig uit Duitsland en België.
Steenzetter met basaltblokken
26ste jaargang 2018/1, nummer 79