Straatnamenrubriek: van Steenstraat
Na de begreppeling moet een intensieve bo-
demkartering plaatsvinden; Ir. Van Steen krijgt
hierover de leiding. Het onderzoek naar de
grondsoorten, vooral klei, is van groot belang voor
de gewassenkeus en later bij de uitgifte van bedrij
ven, voor de bepaling van de pachtwaarde. Een
van de karteerders is de ons bekende Theo List
(zie zijn boek 'Een pionier vertelt'). Uiteindelijk
moet een zo gedetailleerd mogelijke bodemkaart
het resultaat zijn.
Tussendoor leidt Van Steen excursies naar de Zui
derzeewerken, mede op verzoek van de Hollandse
Maatschappij van Landbouw in de Anna Paulow-
napolder: eerst wordt het machinaal sloten graven
nabij Aartswoud bekeken en daarna het graafwerk
in het meer zanderige gedeelte bij De Haukes; ver
volgens wordt een kleine wandeling gemaakt naar
gemaal Leemans en tot besluit worden de sluis-
werken bij Den Oever bewonderd.
Dat Van Steen zijn werk goed doet komt tot uiting
in zijn aanstelling tot inspecteur in vaste dienst
van de Landbouwcultuurmaatschappij die in 1931
is ingesteld voor het in cultuur brengen van de
polder. Inspecteur A.Minderhoud heeft daar de
leiding en Van Steen is hoofd van de voorlich
tingsdienst. Als zodanig zit hij in de Commissie
van Toezicht die zich bezig houdt met cursussen
op het gebied van de landbouw; is hij regelma
tig excursieleider op verzoek van de Hollandse
Maatschappij van Landbouw of de gezamenlijke
boerenbonden of houdt hij lezingen op allerlei ge
bied. Bijvoorbeeld een lezing over het inkuilen van
persvoeder, waarbij Van Steen verband legt tussen
de grondsoorten en de te verbouwen gewassen die
geschikt zijn voor het inkuilen.
Het gezin Van Steen moet in Middenmeer ge
woond hebben, want de gezinskaart van Medem-
blik geeft als begindatum 10-06-1933 en de Alk-
maarsche Courant meldt op 23-04-1936 dat hij de
standplaats Middenmeer inruilt voor Alkmaar.
Begin 1936 volgt Van Steen Minderhoud op als In
specteur van de Landbouwcultuurmaatschappij.
Het ontginningswerk loopt langzaam ten einde
en wordt eind 1937 geacht te zijn afgelopen. Op
1-01-1938 wordt het Openbaar Lichaam 'De Wie-
ringermeer' in het leven geroepen met Smeding
als directeur en onder hem twee plaatsvervangen
de directeuren, onder wie Ir. Van Steen.
Het Rijk riddert met name de landbouwkundige
afdeling en zo worden de ingenieurs Smeding,
Van Steen en Bosma koninklijk onderscheiden als
Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw.
Op 1 januari 1940 wordt er weer gereorganiseerd
en vindt een samenvoeging plaats van de Cul
tuurtechnische Afdeling en de Afdeling Onder
zoek tot Landbouwkundige afdeling waar Ir. Van
Steen de leiding krijgt. Op februari 1941 wordt hij
bevorderd tot hoofdinspecteur van het Openbaar
Lichaam. Zijn werk hier, hij woont inmiddels in
Alkmaar, loopt ten einde en begin 1942 vertrekt
het gezin naar Zwolle. Daar is hij tot 1963 hoofd
van de Landbouwkundige Afdeling van de Direc
tie van de Wieringermeer en als zodanig in dienst
van de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders.
Het is duidelijk en begrijpelijk dat een straat naar
hem is vernoemd
Bronnen:
- Nieuw Land Erfgoedcentrum, project Verhalen Vissen,
interview met Johan Vos, 11 oktober 2011
- Wieringer Courant 1931-1941
- Wording en Opbouw van de Wieringermeer (1955)
- www.wiewaswie.nl
25ste jaargang 2017/1, nummer 76