Straatnamenrubriek:
van Steenstraat
Historisch Genootschap
Wieringermeer
Ina Hoogenbosch-Glas
Christianus Leonardus van Steen (1898-1977), was van 1940 tot 1963 hoofd van de
Landbouwkundige Afdeling van de Directie van de Wieringermeer.
Van Steen heeft de landbouwwinterschool gevolgd
in Roosendaal. Toen hij klaar was, zou hij thuis
gaan werken op de boerderij, maar Van Steen was
meer student dan boer. Hij vroeg raad aan Jac. Vos,
voorzitter van de landbouwwinterschool. Deze zei
tegen hem: 'Van Steen, jij bent een goede student,
waarom ga je niet de hbs volgen, als avondschool?
Dan kun je daarna, als je dat wilt, naar de Land
bouwhogeschool in Wageningen.'
Die weg heeft hij gevolgd. In heel korte tijd heeft
hij de vakken op hbs-niveau gehaald die nodig wa
ren om naar Wageningen te gaan. In Wageningen
heeft hij in de jaren twintig zijn studie voltooid.
Hij heeft toen op het punt gestaan naar Indonesië
te gaan, omdat er in Roosendaal geen werk was.
Heel veel studenten van de Landbouwhogeschool
die ook een beetje tropische landbouw gevolgd
hadden, gingen toen naar Indonesië, het toenma
lige Nederlands-Indië.
Vlak daarvoor had hij contact gehad met ingenieur
Alphons Roebroek. Als directeur van de zuivelfa
briek in Roosendaal had Roebroek in 1919 aan de
wieg gestaan van de plaatselijke landbouwwinter-
school. Uit die periode kende hij Van Steen. Roe
broek was in 1930 lid geworden van de Directie
van de Wieringermeer en zei tegen Van Steen:
'Wij moeten een paar ingenieurs hebben voor de
Wieringermeer!' En zo is Van Steen bij Smeding
terechtgekomen, die op dat moment voorzitter
van de Wieringermeerdirectie was. Deze vroeg
hem, gaat het verhaal, of hij tot tien kon tellen: om
de drainage goed op de kaart te kunnen krijgen,
moesten de greppels geteld worden. En als je over
zo'n kavel liep en je moest tot honderd tellen, dan
was je na de vijftigste de tel kwijt.
Van Steen moet al in 1928 in dienst zijn gekomen
bij de Wieringermeerdirectie, want op 25 februa
ri van dat jaar staat hij in Schagen ingeschreven,
later dat jaar gevolgd door zijn vrouw Catharina
Mientjes met wie hij in september 1928 trouwde.
De eerste vier kinderen worden dan ook geboren
in Schagen. Als landbouwkundig ingenieur werd
hij lid van de Proefpoldercommissie die, uiteraard,
begonnen was in de proefpolder Andijk en nader
hand naadloos overging in hetzelfde werk voor de
Wieringermeer, dat wil zeggen vooral onderzoek
op het gebied van ontwatering, grondbewerking,
bodemkartering, humusontleding.
In 1930 krijgt Van Steen een aanstelling als tijde
lijk adjunct-directeur bij de Wieringermeer. Als de
polder in augustus 1930 is drooggevallen wordt
begonnen met de begreppeling, met name voor
de ontwatering.
25ste jaargang 2017/1, nummer 76