De onderwaterzetting
Ger, Liet en de kinderen zaten midden tussen alle huisraad. Rien had zijn speelgoed aan een
ijzeren ploeg gebonden, want er was geen plaats meer op de wagens.'
De weg naar Kolhorn werd nog druk bereden door vluchtende bewoners. Het water stroomde
hier al over de weg.
In het Domeinkantoor dreven de kasten van de begane grond. Met harde wind sloegen die
tegen het plafond aan. Dat hoorden we dan.'
De tweede dag kwam er een varken langs zwemmen. Dat hebben we op het bordes van het
Domeinkantoor geslacht. Iedereen heeft een emmer vlees gekregen, ook de mensen op De Terp.'
Op de Terp kwamen we niets te kort. We bakten in een eigengemaakte oven brood. Er was
melk, we slachtten een varken, er waren hazen.'
De evacués in het Domeinkantoor van Wieringerwerf, ontvingen berichten via de radio. Als
ze met een bootje naar de Terp voeren om melk te halen, vertelden ze ons het nieuws door.'
We trokken naar Wieringerwaard. Mijn zus en ik gingen zelfs zwemmen in de
ondergelopen polder.
23ste jaargang 2015/1, nummer 70