Mijn broer liep met de koeien naar hun nieuwe weiland buiten Medemblik' vader reed op de fiets naar Medemblik om te informeren naar een opvang plaats. In een barak van het voormalige legerkamp aan de rand van Medemblik bleek nog een gedeelte leeg te staan. Ook moest er plaats gevonden worden voor de koeien, het gereedschap en de landbouwmachines. De kasten werden leeggehaald en alles werd in kussen slopen, kratten en zakken gestopt. Als er weer een wagen volgeladen was dan ging mijn vader er weer snel mee naar de nieuwe woon ruimte. Mijn broer liep met de koeien naar hun nieuwe wei land buiten Medem- blik. Dit nam nogal wat tijd in beslag, want koeien kunnen behoorlijk dwars zijn. Later liepen we vanuit Medemblik heel vaak naar de dijk om te kijken hoe hoog het water stond. Onze boerderij stond tot de dakgoot in het water. Heel erg vonden we dat. Na enkele dagen stak er een storm op en was er van het hele gebouw weinig meer over. De spanten stonden nog overeind, dat was alles. Nog zie ik de verbeten trek om de mond van mijn vader; hij zei niets, keek alleen maar. Wij stonden er huilend bij. 'Waar huis nou?', snikte de jongste van de tien kinderen. De hele inboedel kwam droog op het evacuatieadres aan. Het kamp bestond uit een groot betegeld terrein met hierop zes lange barakken, verdeeld in drie rijen van twee. Het was gelegen aan de Westersingel, rechts van de School met den Bijbel en de ingang lag tegen over de hoofdingang van het Provinciaal Ziekenhuis. In de voorste barak van de tweede rij was de gaarkeu ken gevestigd. Het rook daar dan ook altijd naar uien. Veel bewoners haalden hun warm eten hier. Waar zij vandaan kwamen en waarom zij daar woon den is me niet bekend, waarschijnlijk evacués uit andere gebieden. Wij kwamen terecht in het middengedeelte van de barak links achter. Dit was een open ruimte met aan de zijkanten een rij britsen. Wij, de kinderen, vonden alles reuze span nend, maar al gauw beseften we dat deze situatie niet te lang moest duren. Rechts van ons woonde een aardig jong gezin met drie kinderen en links een grimmig echtpaar van middelbare leeftijd. We waren bang van die man. Ze hadden twee grote honden, die meestal buiten losliepen. Op zekere dag hing een van die honden aan een rek. Opengesne den. De baas had hem geslacht. Af schuwelijk! Gelukkig mocht ik al gauw naar de kleuterschool. Even weg daar. Een kind beleeft de oorlogsjaren 23ste jaargang 2015/1, nummer 70

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek Historisch Genootschap Wieringermeer | 2015 | | pagina 23