Verhuizen naar de Cultuurschuur: verbouwen, schilderen en herinrichten
Hartverwarmend. Onderwijl hadden
de archiefdames hun kleurenplan
uitgedacht en nadat de ledenvergade
ring besloot om definitief de overstap
te wagen, werden de verfrollers in
gang gezet.
Nu ik dit schrijf ziet alles er tintelend
fris uit, een grandioos resultaat! De
vloer is schoon, de deuren kunnen op
slot, de kachel brandt, de keukenkastjes
wachten op het serviesgoed. En alle ge
bruikers wachten op hun laatste buur.
Hoe richt je een Genootschapszaal in?
Bij de archiefgroep zijn ze er volgens
mij al grotendeels uit. Maar toch,
weemoedig dwalend door ons huidige
Genootschapshuis waar alles nog keu
rig op zijn plaats staat, kruipt er twijfel
binnen: waar moeten we die kaarten-
kist zetten, waar moet 'De Eerste' staan,
waar zal ik het gastenboek neerleggen,
en die machtige gereedschapskist, waar
laten we die? Verhuizen is geen sinecu
re, maar een heel verleden verhuizen
lijkt een onmogelijke opdracht. Maar,
denkend aan alle langskomende mails
waarin door enthousiaste vrijwilligers
talloze ideeën geopperd worden, is het
beter om gewoon te beginnen.
De nieuwe archiefstellingen krijgen
allemaal een code. De wanden zijn op
gemeten, de kasten ook. In de centrale
hal is plaats voor vier vitrinekasten en
er is een plaatsje gevonden voor een
herinneringsruimte voor het Joods
Werkdorp. Het rubriceringsysteem
waarmee nu gewerkt wordt kan ge
handhaafd blijven. De internetaanslui
tingen zijn gereed. De schifting van wat
er wél meegaat en wat niet, is nagenoeg
afgerond. Dus eigenlijk zijn we al gauw
toe aan de echte verhuizing.
Een klus waarover je kunt gaan dro
men: in plechtige processie doos voor
doos de Cultuurschuur binnen dragen.
Het schaalmodel van de Q-6 op zijn
kant door een pas geverfde deur naar
binnen wurmen en dan ontdekken dat
de miniatuurluchtkokertjes er toch af
gezaagd moeten worden - en dan hoor
je het mammoetbot van de archieftrap
af stuiteren. Er is weinig fantasie nodig
om een dergelijk schrikbeeld op te
roepen. Gelukkig zijn er voldoende
vrijwilligers die hun zenuwen wel in
bedwang weten te houden. Mensen
die simpelweg gaan inpakken, die alles
keurig merken met de code van de plek
waar het heen moet, die niets uit hun
handen laten vallen. En ze blijven er
nog vrolijk bij ook. Petje af.
Op een dag zullen we als stamgasten
weer rustig rond onze ovale tafel kun
nen zitten en de geschiedenis bespre
ken zoals we het al jaren doen. Ik kijk
ernaar uit
De nieuwe Zelfs leden zonder vrijwilligersstatus
zalen stonden te schuren en te poetsen.
22ste jaargang 2014/3, nummer 69