Prof. Ter Veenweg
Professor doctor Henri Nicolaas ter Veen
1883-1949
Adviseur van de overheid hij het bevolken van de Wieringermeer en Flevopolders
Henri Nicolaas ter Veen werd op 19 februari
1883 geboren in een arbeidersgezin in de
Amsterdamse Jordaan. Hij studeerde in
Haarlem aan de Rijkskweekschool en werd
in 1901 onderwijzer in de Haarlemmer
meer. Ook behaalde hij de akte MTO-aard-
rijkskunde en werd in 1912 leraar aardrijks
kunde. Later studeerde hij aardrijkskunde
aan de Universiteit van Amsterdam en pro
moveerde in 1925 op het proefschrift 'De
Haarlemmermeer als kolonisatiegebied'.
Tijdens de studie hiervoor kwam Ter Veen
tot de conclusie dat de overheid had moe
ten ingrijpen bij het bevolken van deze
nieuwe polder. Halverwege de negentiende
eeuw werd de Haarlemmermeer droogge
legd om Amsterdam en Leiden te bescher
men tegen overstromingen. Maar toen de
grond eenmaal drooglag wist het Rijk er
zich geen raad mee en verkocht de polder
aan de hoogste bieder. Het land was nog
niet in cultuur gebracht, het was een grote
drassige bende. Zonder overheidsbemoeie
nis waren de nieuwe bewoners alleen maar
bezig het hoofd boven water te houden. Ze
vluchtten veelal in de drank en prostitutie.
Epidemieën als cholera en malaria braken
uit; alleen de sterksten overleefden. Als so-
ciaal-geograaf vond Ter Veen dat dergelijke
omstandigheden niet mochten voorkomen
in de nieuwe Zuiderzeepolder.
Commissie Vissering
In 1924 werd Ter Veen secretaris van de Com
missie Vissering, een commissie die de uit
gifte van de Zuiderzeegronden bestudeerde.
In zijn eindrapport stelt Ter Veen dat de
gronden het best in erfpacht kunnen wor
den uitgegeven, zodat de overheid, als eige
naar van de grond, ongeschikte kolonisten
kan afwijzen.
De geselecteerde kandidaten moesten aan
bepaalde eisen voldoen. Zo moesten zij
sterk en arbeidzaam zijn, ze moesten bewij
zen goede boeren te zijn, over eigen kapitaal
beschikken en, wat ook belangrijk was, zij
moesten een nette vrouw hebben. Van alle
kerkelijke gezindten en zo mogelijk ook uit
elke provincie moest een gelijk aantal men
sen geselecteerd worden. In de Wieringer
meer is dit advies opgevolgd, evenals later
in de Noordoostpolder en de Flevopolders.
Op 5 november 1936 riep professor Ter Veen
de 'Stichting voor het Bevolkingsonderzoek
- onderzoek naar sociale verschijnselen en
de leefomstandigheden in de drooggelegde
Zuiderzeepolder' in het leven. De onder
zoeksplannen breidde hij in 1940 uit naar
heel Nederland. Zijn aanpak was, zeker
voor die tijd, zeer modern: er werd gebruik
gemaakt van multidisciplinair onderzoek,
veldwerk ter plaatse en enquêtes werden
gehouden.
Deze Stichting deed ook onderzoek naar
de invloed van de Zuiderzeewerken op de
samenleving van Wieringen en die in de
oude randgebieden.
Professor Ter Veen overleed op 7 november
1949.
Lenie Visser-Geers
22ste jaargang 2014/2, nummer 68
0