rt voor<ïLM^ 4 4 '~LC t.Sv.tpud. C i was. Met veel zin en vol energie begonnen we. Het was mooi weer en er stond niet veel wind. Tenminste, dat denk ik. Het ijs was niet zo fraai, want er waren al heel wat mensen overheen gegaan. Onze schaatsen waren eigenlijk niet geschikt voor zo'n lange tocht. Toch hielden we lang de moed erin. Het werd een barre tocht maar tot onze vreugde kwamen we in Enkhuizen; we waren op de helft! We aten ons broodje en probeer den wat uit te rusten. Ik trok de veters van mijn mooie witte schaatsen weer eens strak en bond voor de zoveelste keer de houtjes goed onder de laarsjes van mijn broertje. Wat had ik een bewondering voor hem. Zo jong als hij was en met schaatsen die niet deugden deed hij dit toch maar mooi. En ik, ik dacht allengs steeds vaker: "Waar zijn we aan begonnen?" Opgeven kwam niet bij ons op, maar de terugtocht werd een martel gang. We waren koud, we waren moe, onze schaatsen wilden niet meer recht onder onze voeten blijven zitten en bovenal: we waren het vreselijk zat. Op ons tandvlees maar met ongebroken moraal volbrachten we de opdracht die we onszelf opgelegd hadden. Hoe groot de vic torie dus dat we het haalden. In Medemblik haalden we onze laatste stempel, stapten op de fiets en sleepten ons naar huis. De medaille was zwaar bevochten, maar de herinnering zoet. Op 5 maart viel de dooi in... Tineke Kooien Vlasauto van J.F. de Cal uwé in de Verlengde Breestraat, hoek Dr. Lovinkstraat Kroniek no. 66, 2ie jaargang, 2013/3 IJSVERENIGING „RADBOUD" TE MEDEMBLIK l/f Toertocht per schaats op zaterdag 2 maart 1963

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek Historisch Genootschap Wieringermeer | 2013 | | pagina 45