Willem (links achter) op de pootmachine met Jaap Zuidema aan het stuur Indië zat als vakantie ervaren en was het een tijd die hij niet had willen missen. Over de schaduwkant van die periode, de gevechten, de heimwee en tropenkolder bij sommigen, wil hij niet veel vertellen. Wel vertelt hij nog dat hij toentertijd zijn latere vrouw heeft leren kennen; dat zat zo: "Mijn maat Jos Orelio en ik besloten een briefje te sturen naar het Nieuwsblad van het Noorden met een oproep: we wil len graag post. Als reactie kwamen er 53 brieven binnen. Daarvan heb ik er vier uitge zocht en de rest werd verdeeld over andere soldaten. Maar een van die vier was een win keljuffrouw uit de stad Groningen en die is later mijn vrouw geworden, Jelly Prins heette ze Enfin, in juli 1948 keerden we terug naar Nederland." Na 1948 "Na mijn legertijd ging ik varen; dat deden mijn broers al en ik dacht dat kan ik ook wel. Maar ik had met een ding geen rekening gehouden: niet elke vrouw is een zeemans vrouw. Dus na een paarjaarstopte iken ging werken in de landbouw, in het vlas en in de bieten. Ik trouwde toen, in 1950, ook met Jelly en kwam te wonen in de Meeuwstraat nummer 22. Ik werkte bij het vlastrekbedrijf van Co Verhulst uit Wieringerwerf. Daarna bij het loonbedrijf van Ep Zuide ma en later bij zijn zoon Ewold. In de win tertijd werkte ik al in de bouw, later werd dat voltijd. Samen met mijn broer Jan elke ochtend in een busje naar Amster dam; ik werkte bij Banero (Balast Nedam Roosendaal), beton afwerken, polijsten en zo; Arie van Bodegom uit Wieringen heeft me het werk nog geleerd. Om vijf uur 's morgens eerst de dieren verzorgen, want om zes uur stond het busje voor de deur. In 1983 ben ik door een kozijn naar buiten op een steen gestapt en ging ik door mijn knie heen, die bleef dik. Via de dokter kwam ik bij een specialist in Alkmaar terecht en die keurde mij af. Dus ik trek al 30 jaar (zegt hij met een lach)." Tijd voor andere dingen Voordat zijn werkzame leven eindigde was Willem al actief in allerlei zaken: zo was hij een periode jeugdleider bij Flevo, een van de kinderen voetbalde daar; hij heeft er nog meegebouwd aan de nieuwe kantine en kleedkamers. Thuis had hij zijn kippen: Amerikaanse leghorns, waarmee hij mooie prijzen op tentoonstellingen won. In een broedmachine werden eieren uitgebroed; 24 Kroniek no. 66, 2ie jaargang, 2013/3

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek Historisch Genootschap Wieringermeer | 2013 | | pagina 25