witte gympen, petje, de broekspijpen in de sokken en een rode zakdoek om zijn hals. Tot op hoge leeftijd heeft hij gewerkt-totdat hij het niet meer kon. Toen het lopen moei zamer ging verplaatste hij zich per scootmo- biel. In 2005 overleed Jaap van Bodegom, hij was 80 jaar. 'Zijn lichaam was op door het harde werken', zegt Henk. Motorfiets Tegenwoordig wordt het bedrijf geleid door Jaaps zonen Henk en Jan en door kleinzoon John (1976). Al van jongs af aan hielpen Henk en Jan na schooltijd hun vader met maaien of in het vlas. Ze gingen met hem mee, ach terop de motorfiets. 'Als Jan en ik goed had den geholpen mochten we als beloning zelf op de motor rijden, in het land natuurlijk, niet op de weg. Dus wij konden als jochies al vroeg motorrijden.' Na hun middelbare schooltijd gingen beide broers bij hun vader in het bedrijf werken. Vanaf toen breidden de werkzaamheden zich geleidelijk uit. Er werd ook drainage gelegd, maar veruit de belang rijkste activiteit tijdens de zomer werd het hokken en schelven van vlas. Daarom staan de Van Bodegommen ook wel bekend als 'de vlassers van de Wieringermeer'. Vlas 'In de Wieringermeer werd tot in de jaren zeventig veel vlas verbouwd, zo'n 2000 hectare', schat Henk van Bodegom. 'Vlas gedijt goed in ons klimaat en is in West-Eu ropa de enige vezel die wordt verbouwd om textiel van te maken. Het is een mooi pro duct, van het gewas wordt niets wegge gooid, alles wordt gebruikt: het zaad, het kaf, de houtgedeeltes. Van de vezels wordt linnen gemaakt voor kleding, lakens en ta fellakens, maar ook in bankpapier en veters zitten vlasvezeltjes. Van de houtdeeltjes uit de stengel wordt spaan plaat geperst. In de bol letjes zit het zaad dat wordt gebruikt voor ver meerdering, maar ook voor consumptiedoel einden, bijvoorbeeld als lijnzaadjesop luxe brood. Er is vezelvlas en er is olievlas. In de laatste soort zit veel meer olie in een zaadje. Die olie wordt gebruikt in de far maceutische industrie of verwerkt tot lijnolie.' Vlasteelt is arbeids intensief. Het vlas wordt geplukt vanaf de tweede helft juli, 100 dagen na het inzaaien. De plant is ongeveer één meter hoog en belangrijk is dat die niet legert (omvalt). Aan de buitenkant van de stengel zitten de ve zels, het lint. De binnenkant van de stengel is het hout. De houtgedeeltes uit de vezel worden uitgekamd zodat alleen de vezels overblijven. Om een zo lang mogelijke vezel te behouden wordt de vlasplant met wor tel en al uit de grond getrokken. Vroeger werd met de hand geplukt. Daarna werd het vlas geschelfd (in schoven gezet) om vervolgens in veertien dagen te drogen, de bolletjes werden eraf gekamd (het repelen) en de stengels geroot (geweekt in putten water) waardoor de pectine wordt verwij derd. Pectine is de stof die het lint bindt aan de vezel. In de jaren zestig deed vader Jaap al het werk nog met de hand, later kwamen er machines om te plukken en nog later machines die niet alleen plukten, maar ook de bolletjes eraf kamden, het zaad dorsten en de stengels kneusden. 14 Kroniek no. 62, 20e jaargang, 2012/2 Schafttijd: vader Jaap en zoon Henk

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek Historisch Genootschap Wieringermeer | 2012 | | pagina 16