Dan worden Philip en Ganna opgepakt en naar
het Centraal Station gebracht voor transport
naar Westerbork. Ganna wordt er op het laatste
moment uitgehaald en verplicht tewerkgesteld
in het Portugees-lsraëlitsch Ziekenhuis, waar
voornamelijk "vriendjes" van de Duitsers worden
verpleegd, onder wie zgn. moffenhoeren. Dit
is tegen de zin van Ganna. Op de een of andere
manier, precies weet Henny het niet meer, moet
haar moeder via de verzetsgroep van Sicco
Mansholt in de Wieringermeer terecht zijn
gekomen.
Ze komt daar in huis bij de familie Poot, die
daar een tabakswinkel heeft. Ganna wordt dan
Gonnie genoemd, een "nichtje uit Rotterdam, die
opgevangen wordt vanwege de bombardementen
aldaar". Ze helpt mee in de winkel en als meneer
Poot ernstig ziek wordt verpleegt ze hem tot hij
weer beter is. Naderhand komt ze op de boerderij
van Dirk Mansholt, die getrouwd is met Annie
Poot, een zustervan meneer Poot uit Middenmeer.
Op de boerderij helpt ze mee in de huishouding.
Hoewel ze het naar haar zin heeft op de boerderij,
voelt ze zich toch eenzaam en verdrietig: haar
man op transport gesteld en haar dochter op een
onbekend adres.
Bij de onderwaterzetting trekt ze mee met het
gezin van oom Dick en tante Annie, naar oom
Klaas van der Oord in Moerbeek, een gehucht vlak
bij Lutjewinkel. In juli 1945 worden moeder Ganna
en dochter Henny in Sittard met elkaar verenigd.
Ze gaan samen in Amsterdam wonen. Ganna werkt
daar als verpleegster in het Centraal-lsraëlitisch
Ziekenhuis aan de Jacob Obrechtstraat. Via het
Rode Kruis wordt bekend dat Philip in Auschwitz
is omgekomen. Ook broers en zussen zijn
omgekomen evenals haar grootvader die weigerde
onder te duiken en in Oss bleef wonen totdat hij
werd weggevoerd. Grootmoeder ontsprong de
dans doordat ze in 1942 aan kanker overleed.
Ganna ziet verder geen toekomst in Nederland en
wil naar Israël om daar als verpleegster te werken.
In 1951 vertrekt ze, samen met haar dochter. Deze
trouwt daar op 11-2-1952 te Naharya met David de
Haan. Moeder Ganna werkt in een Amerikaans
Ganna Colthof
ziekenhuis, terwijl Henny en David in een kibboets
werk vinden. Sporadisch bezoekt moeder het
jonge paar, dat zelf geen geld genoeg heeft voor
een bezoek. Na vier jaar, er is ondertussen een
zoon geboren, besluiten Henny en David terug
te keren naar Nederland. Moeder Ganna is nog
enkele keren terug geweest in Holland, met
name vanwege de kinderen en kleinkinderen.
Ze heeft hier zelfs zo nu en dan nog gewerkt als
verpleegster, bij particulieren. Toch kon ze hier
niet meer aarden en uiteindelijk is ze in Israël
gebleven en daar overleden op 2-1-1987. Ze heeft
haar dochter kunnen vertellen over de mooie tijd
in de Wieringermeer. Ook hoe er rijen mensen uit
Amsterdam langs de boerderij kwamen en voedsel
kregen. Hoe oom Dick bezig was met zijn hobby
en een Friese staartklok repareerde. Ze heeft nog
een boom geplant in Israël ter herinnering aan
haar opvang bij de families Poot en Mansholt. Na
de oorlog kwamen ze nog regelmatig op bezoek
bij de fam. Mansholt en deze contacten gingen
zelfs over op de kinderen.
Verteld door haar dochter Henny Esther de Haan-
Kinsbergen, woonachtig in Alkmaar.
Vastgelegd door Pier Montsma van Het
Genootschap voor de Geschiedenis van
Wieringermeer.
-
Kroniek nn co ic\e innranna onn/o