elf voor de middag en de stoet ging in beweging.
Nog ongeveer 10 cm dus binnen een uur en het
water zou over de wegen komen stromen. Ik
liep nog een keer het huis binnen, ging door
schuur en bergplaats, nam grootvaders klok en
legde hem nog boven en sloot dan de deur in 't
slot. Alles was gesloten en wij gingen heen! Tot
wanneer?
Achter meer dan zeven gelukkige jaren werd
een punt gezet. We werden verdreven door
Duits geweld en NSB-verraad! Een gans
vruchtbaar bedrijf waar de gewassen welig
tierden ging in een dag te gronde. Op het erf
bloeiden de pruimenbomen dat het een lust
was. Voor 't laatst. De voortuin naar eigen idee
aangelegd tooide zich zo mooi. 24 prachtige
fruitbomen, 7 jaar oud, thans voor 't eerst
eens wat goed beginnend te geven, bessen- en
kruisbessenboompjes uit stekjes zelf gekweekt,
de eigen geplante frambozenhaag en een
mooi veldje aardbeien, groenten en sla en alle
soorten koolplanten, het zag vandaag voor 't
laatst de lieflijk schijnende zon die nog haar
warme stralen over de boze wereld uitstortte.
Het afscheid van de onvruchtbare zandbult
van 1937 tot een vruchtbaar bedrijf gemaakte
"Zonnehof" van 1945 duurde maar een zucht.
De sloten rond het erf waren boordevol. De
buis van de gasbron had ik 's morgens reeds
doorgesneden zodat deze behouden bleef voor
de toekomst!? ik nam de fiets en reed van 't erf
de wagens na. Bij Smits boerderij sprong Koos
(commandant ondergrondse) nog even over
de bijna volgelopen sloot. Even praten en toen
wegwezen.
M'n body was doodop en de rug was gebroken.
Eerst reed ik bij alle wagens langs zoals ze
al op de Alkmaarse weg reden temidden en
met andere wagens met vluchtenden, een
eindeloze optocht vormend en keek bij de
vier vrachten van onze groep of alles goed
draaide. Dan gaf ik Jan de fiets en ging ook op
de "personenwagen" zitten om wat te rusten.
De reis ging verder vlot. De lege voorbanden
van de trailer moesten nog verwijderd worden,
maar hiervoor waren vaardige handen gereed.
Het water stroomde door de sloten en het land
kwam hier en daar al aardig onder 't water. Toch
wasdewegernogioa25 cm boven. Hoedichter
we bij Aartswoud hoe lager het water nog was.
Rijdend langs de Alkmaarse weg zagen we
"Amsterdammers" bezig pas gepote aardappels
uit de ruggen te halen. Een dwaas gezicht! Op
't eind van de Alkmaarse weg ging ik weer op
de fiets alles nazien. De wagens waren door
verschil in snelheid nu veel verder uit elkaar.
Bram zou met de tractor enz. rechtstreeks
doorrijden naar Stins in Benningbroek en dan
met de tractor terugkomen om paard Ali af
te lossen, daar deze het alleen wel erg zwaar
had met 2 wagens. Jimmink ging met de fam.
Weerstand naar Kolhorn en nam een vracht van
ons en het jonge paard Puck mee. Dit zouden
we later ook wel weer terug halen. Jan Kruizinga
reed ook ineens door naar Stins en zou daar het
eerst
gelost worden. Ali trok nu de 2 wagens een voor
een bij de klucht op en zo stonden we op de
Westfriese Zeedijk bij Aartswoud. Hier gingen
we rusten en werd de koe gemolken. Door
de drukte was hiervoor 's morgens geen tijd
geweest. Allen waren in een goede stemming,
leder was blij gered te zijn van het niets
ontziende water. Nu ging het weer voorwaarts.
Daar de koe de tocht niet vol zou houden,
gingen we deze bij een bereidwillige veehouder
in de wei doen. Deze werd enige dagen later
weer opgehaald. Halverwege Sijbekarspel
kwam Bram ons met de Bulldog tegemoet en
kwam deze voor de wagen en reed de vracht
naar Stins toe. Hier werden we met open armen
ontvangen. Moeders stoel werd in de voorkamer
geplaatst op een rustige plek waar ze kon gaan
zitten en direct werd begonnen Dams wagen
leeg te maken, zodat Jan Kruizinga naar huis
kon, daar deze het ook nog wel eens druk kon
krijgen (wat ook inderdaad gebeurde!). Alles
werd nu voor de nacht in gereedheid gebracht
en zo sliepen we die nacht voor het eerst in
den vreemde, van huis en haard en bedrijf
verdreven.
In de volgende Kroniek citeren we nogmaals
uit dit dagboek: over de eerste dagen na de
onderwaterzetting en over de wederopbouw
naderhand. Pier Montsma
29
Kroniek no. 55, 18e jaargang, 2010/1