smms komt naar me toe, haalt een pistool uit zijn binnenzak, gaat tot op veertig cm. voor me staan, richt het pistool op mijn gezicht (ik zie het gaatje van het pistool nog steeds), en vraagt: "Kan je dat niet wat netter vragen. We zijn toch allemaal Nederlanders?" Ik zal het ongetwijfeld heel netjes gevraagd hebben en hij zal ongetwijfeld de tijd hebben gezegd, maar die is niet tot me doorgedrongen. Hij fietste verder en ik ging met de angst in Bovenste rij v.l.n.r. KI. Verlaat, Pe Beers, Piet Ruijter (Pzn), Evert Huiberts, Piet Laan Onder: Piet Noordeloos, Henk Dudink, Jac. Verlaat mijn lijf dat hij terug zou komen weerverder. Waarschijnlijk is het iemand geweest die in de oorlog verschrikkelijk fout is geweest, al was het alleen maar door dit optreden. Op Zwaagdijk aangekomen was het einde in zicht, van de Tuinstraat tot de boerderij van opa was niet zo ver meer. Echter, ter hoogte van (oom) Jan Ruijter de timmerman komt me de dorpsomroeper tegemoet. Later leerde ik de man kennen als Piet Bosman, barbier en werkzaam bij Drechterland. De volzin die Bosman omriep staat per letter gegrift in mijn geheugen, nl.: "Op last van de Duitse overheid wordt bekendgemaakt dat de polder De Vier Naarder Koggen binnen 24 uur onder water gezet zal worden. Zegt het voort." Waar de Vier Noorder Koggen waren wist ik in die tijd niet, maar ik begreep wel dat dat in de onmiddel lijke omgevingmoestzijn.Heteinde van de tocht was zo dichtbij en dan die mededeling. De gedachte dat ik nu weer verder moest werd me teveel, m' n weerstand was totaal gebroken en ik ben huilend naast de koe op de weg gaan zitten. Het hoopje ellende is daarna door twee vriendelijke Zwaagdijkers naar opa gebracht. Ik ben de mannen, wie het ook waren, nu nog dankbaar. Het water is daar gelukkig niet gekomen, en opa, zo bleek later, woonde aan de goede kant van de dijk. Bijzonder was dat de vermoeidheid door de emotie en het lang onderweg zijn weer snel weg was. Ik denk nog steeds dat dat kwam door de "heerdkoeken" met boter en suiker. Uit het feit dat tante Lies die aan het bakken was, maakte ik op dat "de anderen" ook gearriveerd waren. De tijd bij opa Neefjes, meen ik, duurde tot de koeien op stal moesten. We sliepen met het hele kroost op de koestallen, er waren gordijnen 16 Kroniek no. 55, 18e jaargang, 2010/1

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek Historisch Genootschap Wieringermeer | 2010 | | pagina 18