Vooraf werd in de Leemans een der aggregaten, hetwelk in de bezettingstijd aangedreven werd met een gasgenerator, weer verbouwd voor dieselolie brandstof 3 Noodgemalen Om de bestaande bemalingscapaciteit te versterken werd besloten een aantal tijdelijke installaties op te stellen. Bij beide permanente gemalen kwam een hulpinstallatie en tevens één nabij Kolhorn bij de Westfriese sluis. De pompen voor de noodgemalen waren deels geleverd door de Rijkswaterstaat en deels besteld bij de N.V. Werkspoor te Amsterdam. Ook werden de reservepompen van de gemalen Lemmer en Urk beschikbaar gesteld. Het merendeel van deze pompinstallaties werd ingezet nabij het gemaal Lely, alwaar het diepste gedeelte van de polder gelegen is. Nabij Kolhorn zouden een twintigtal door de regering in Amerika bestelde pompaggregaten worden opgesteld, (lage-druk-centrifugaalpompen). In verband met vertraagde aanvoer van de Amerikaanse pompen werden slechts vijf stuks hiervan gemonteerd. Op 30 november 1945 waren deze 5 aggregaten alle in bedrijf. Op 11 december te 9.00 uur v.m. werd het peil van 5 m -N.A.P. bereikt, waarbij vrijwel alle terreinen boven water waren gekomen. De noodbemaling werd toen buiten werking gesteld en in langzaam tempo werden daarna met de permanente gemalen de normale peilen in de polder hersteld. De grafiek hieronder geeft aan dat de gemalen Lely en Leemans met de hulp van de noodgemalen in 1945 zo'n 92 dagen minder nodig hadden om de Wieringermeer leeg te pompen dan in 1930, toen de Lely en Leemans er alleen voor stonden. BEMALINGS-GRAFIEK ■Ï5 4- Qoo cc o. 1950 1945 V 50 ioo 150 28

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek Historisch Genootschap Wieringermeer | 2006 | | pagina 30