ontstane schade werd door de verzekering gedekt. - Het indertijd voor de in 1932 te 's Gravenhage gehouden N.E.B.O. vervaardigde tentoonstellingsmateriaal werd gedeeltelijk ter beschikking gesteld van de Hollandsche Maatschappij van Landbouw voor een op Wieringen georganiseerde tentoonstelling op 15, 16 en 17 September 1933. - Met ingang van 1 September 1933 werd aan de landbouwhuishoudkundige Mej. H. Olsder op haar verzoek eervol ontslag verleend. Om bezuinigingsredenen werd de subsidie voor landbouwhuishoudonderwijs voor de Wieringermeer niet verleend. Het was aanvankelijk mogelijk een naaicursus te doen geven vanwege de Vereeniging voor Landbouwhuishoudonderwijs in Noordholland; de Directie stelde de noodige localiteit beschikbaar. Echter is in December gebleken, dat tengevolge van een nieuwe regeling, zeer tot het leedwezen van alle betrokkenen, de met den naaicursus belaste onderwijzeres niet langer beschikbaar kon worden gesteld. - Op 20 november 1933 werd te Middenmeer een kerkgebouw der "Gereformeerde kerken" in gebruik genomen. De derde in aanbouw zijnde kerk, de Nederlandsch Hervormde kerk, zal spoedig gereed zijn. - In den Wieringermeerpolder is een vrijwillig brandweercorps opgericht. De organisatie werkt naar een door de Directie vastgestelde verordening op de brandweer in den Wieringermeerpolder. De brandspuit is te Middenmeer in de daarvoor bestemde ruimte in het gymnastieklokaal gestationneerd; op verschillende plaatsen in de dorpen zijn snelblusschers aanwezig. De polder is voorloopig verdeeld in twee secties: Slootdorp en Middenmeer, met elk één hoofdbrandmeester en 8 brandweerlieden. Als commandant treedt op de secretaris der afdeeling Algemeen Bestuur, mede in verband met diens functie van Burgemeester van Medemblik. - Van de Dienst der Zuiderzeewerken werd in beheer overgenomen een directiekeet te Kolhorn en te De Houkes, alsmede een dubbele houten woning te De Houkes. Een gedeelte der directiekeet te Kolhorn werd verhuurd voor 3,— per week, een der houten woningen te De Houkes voor 4,-- per week. - In den zomer en den herfst van 1933 bleek de in het voorjaar aangebrachte beplanting voldoende te zijn geslaagd. Onder de soorten, die voor windschermen zijn aangeplant, wilgen, populieren en elzen, was de sterfte zeer gering; onder de fijnere houtgewassen in en nabij de dorpen was het percentage uitvallers normaal te noemen. Berk en eik bleken de minst gunstige resultaten op te leveren; van deze twee boomsoorten is slechts bij jong, sterk beworteld plantmateriaal succes te verwachten. 32

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek Historisch Genootschap Wieringermeer | 2006 | | pagina 34