In de N.O.P. ging als een lopend vuurtje het verhaal rond, dat drie Polen, t.w. Brillowski, Lipowski en Sloma, de polder hadden gered. Zij, de in Duitse uniform gestoken Polen, vertelden na hun arrestatie vlakbij de dijk bij Lemmer, dat zij het opblazen van de dijk hadden voorkomen door op slinkse wijze het lont, dat bestemd was voor explosieven op de dijk, te verdonkere manen. Uitgebreid staat dit gebeuren beschreven in een verslag opgesteld door twee medewerkers van de Dienst der Zuiderzeewerken in hun "Rapport over de bevrijding van den Noord-Oostelijken Polder", (beide Zuiderzeebeambten verbleven op en rond 17 april niet in die polder!) Het verhaal van de heren Ir. J. Laan en H. de Lang ging er bij de bevolking van de N.O.P. in als zoete koek. Tijdens het polderfeest op 31 mei '45 werden de Polen op het erepodium gezet en toegejuicht. De ware toedracht. Pas veel later werd een ander verloop van de redding van de N.O.P. bekend, dankzij het verhaal van verzetsman, W. Soetendal. Hij was het die in de nacht van 16 op 17 april de situatie bekeek op de dijk bij Lemmer. (De meeste Duitse soldaten hadden al de aftocht geblazen vanwege de oprukkende Geallieerden). Tot z'n grote vreugde bemerkte Soetendal die nacht, dat de gegraven gaten in de dijk- versterkt met beton- tot hun nek toe vol stonden met water. Dat betekende dat een dynamietlading onder zulke omstandigheden nooit tot ontploffing zou komen. Diezelfde nacht sloop Soetendal nog een keer naar de dijk. Daar in de buurt wist hij de voornoemde Polen te ontwapenen en te arresteren. Zij vertelden Soetendal dat ze gedeserteerd waren en zich in de loopgraven schuilhielden om de dijk te bewaken. Zij repten tegen hem met geen woord over het wegnemen van het bewuste lont. Soetendal dwong hen om al het explosieve spul dat in de buurt lag in het water te gooien. Voordat deze belevenis van Soetendal bekend werd waren de drie Polen echter door hun "heldendaad" van alle blaam gezuiverd dat zij in dienst waren geweest van de Duitse Wehrmacht. In de Noordoostpolder herinneren de 'Polentocht' en de 'Polenweg' nog steeds aan deze fabel van destijds. Wjd. Mogelijk was de mislukte inundatie van de N.O.P. voor de Duitsers aanleiding om de Wieringermeer wel onder water te zetten, om zo de oprukkende Geallieerden op te houden en zelf een veilig heenkomen te zoeken. Een definitieve reden voor de inundatie van onze polder is niet te geven. In ieder geval staat vast het was een schandelijke wandaad met voorbedachten rade. De ringdijk met de beide stroomgaten,(1946)

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek Historisch Genootschap Wieringermeer | 2005 | | pagina 38