SMEDINGS LEVEN EN WERK
1889 - 1967
Richting zijn levenswerk
Watersnoodramp 1916
Ruim 50 jaar geleden, op 2 oktober 1954, nam de bevolking van de
Wieringermeer afscheid van de voormalige Directeur en Voorzitter van het
Openbaar Lichaam 'De Wieringermeer', Dr. Ir. S. Smeding. Dit gebeuren
was voor de redactie van de Kroniek aanleiding om stil te staan bij het
leven en werk van deze grote 'pionier'.
Sikke Smeding werd op 6 februari 1889 geboren te Witmarsum (Fr.) als zoon
van Dooitze Smeding en Geertje Bangma. In datzelfde jaar werkte Ir. C. Lely
aan zijn nota's, die later de grondslag zouden vormen tot afsluiting en
gedeeltelijke drooglegging van de Zuiderzee.
Sikke wilde boer worden. Zijn vader overtuigde hem ervan, dat dat voor een
zoon van een ambtenaar, (van de burgerlijke stand in de gemeente
Wonseradeel), niet zo eenvoudig was. Na de H.B.S.-opleiding in Leeuwarden
koos Sikke in 1909 in overeenstemming met zijn ambitie en aanleg voor de
Rijks Hogere Land-, Tuin- en Bosbouwschool te Wageningen. De studie
aldaar moest hij onderbreken, daar hij werd opgeroepen voor de militaire
dienst. "Gelukkig", schreef Smeding later, "is Nederland de beproeving van
de Eerste Wereldoorlog bespaard gebleven". Op aanraden van zijn vader
richtte Sikke Smeding een verzoekschrift aan de minister van Oorlog om
vrijstelling van verdere dienst, om weer aan de studie te kunnen gaan. Als
'corveeër' mocht hij zijn studie weer oppakken, en in december 1914
studeerde hij af in Wageningen. Toen deze school in 1918 werd omgezet in
een Landbouw Hogeschool bezorgde dit Sikke Smeding de titel van
Landbouwkundig Ingenieur.
Op voorstel van zijn meerderen in het leger werd Smeding na het behalen
van zijn diploma te Wageningen aangesteld om de militairen van zijn
onderdeel, die daar in geïnteresseerd waren, les te geven in
landbouwkunde.
In 1915 werd Smeding ontslagen uit militaire dienst vanwege zijn
benoeming door de directeur-generaal van de Landbouw tot adspirant-
Rijkslandbouwleraar aan de Rijks Landbouwwinterschool te Schagen per 1
okt. 1915. Hij kon toen niet vermoeden hoezeer deze benoeming zijn
levenswandel zou gaan bepalen.
Op 14 januari 1916 vond een grote overstroming plaats van grote delen van
ons land rond de Zuiderzee, waaronder de Anna Paulownapolder. Op
bijgaande foto een indruk van de ramp die Anna Paulowna in dat jaar trof.
Toen deze polder weer droogviel werden de Rijksland-bouwleraar C. Nobel
en zijn as-sistent S. Smeding belast met de taak van het opnieuw in cultuur
brengen van deze gronden. In de Anna Paulowna was ruim 3300 ha. land
bloot-gesteld aan de inwerking van het zoute water. Deze grote
28