vallen".
In datzelfde jaar werd de woning te Schagen verruild voor een huis in
Middenmeer op de hoek Kerkstraat, (de latere Dr. Ir. C. Lelystraat) -
Schoolpad. In die tijd was de pas tien jaar oude Wieringermeer qua
telefoonverbindingen een braak terrein. Voorlopig dus werk genoeg voor Jan
de Jong en zijn collega's om de wijdse polder qua communicatiemogelijkhe
den mee te nemen in de vaart der volkeren.
'Oorlog maakt creatief.'
Het zal de oplettende lezer niet zijn ontgaan, dat het eerste werk van Jan de
Jong samenviel met het begin van de bezetting van ons land. Beroepsmatig
kregen Jan, c.s. nogal wat te maken met de Duitsers. Zo moesten zij
bijvoorbeeld speciale telefoonleidingen voor 'de Moffen' aanleggen, en op
straffe van arrestatie de telefoon weghalen bij de boeren in de
Wieringermeer. "Maar", weet Jan nog, aan het einde van een weg lieten we
de telefoon - stiekem weggestopt - staan, zodat er een circuit in tact bleef
om elkaar aan die weg te waarschuwen als er een razzia op handen was".
Ook herinnert Jan zich nog goed dat hij van boer Dekens in die jaren een
mud tarwe kreeg als beloning voor het installeren van licht m.b.v. batterijen
van telefoontoestellen t.b.v. onderduikers in het land. Die mud tarwe was
destijds een welkome aanvulling op het steeds schaarser wordende
voedselpakket. M.b.v. de koffiemolen werd deze tarwe gemaald, zodat er
voor het gezin met inmiddels vijf kinderen weer brood op de plank kwam.
Gelukkig had De Jong achter zijn huis een grote tuin en daarbij nog een
volkstuin, waar hij aardappelen en groenten verbouwde om in de eerste
levensbehoefte van zijn gezin te kunnen voorzien.
Vrije doorgang
De dienstauto's van de PTT kregen bij wegcontroles door de Duitsers vrijwel
altijd vrije doorgang. Daardoor was het mogelijk om vlak voor een inval van
de bezetters in het postkantoor te Schagen miljoenen aan bankpapier via
Schoorldam en langs een controlepost van de Duitsers naar het
hoofdkantoor in Alkmaar over te brengen.
Jan de Jong was in die oorlogsjaren ook betrokken bij de aanleg van een
telefoonlijn voor de Duitse bezetters van Anna Paulowna naar Medemblik.
Deze zogenaamde "Flugolijn" werd gelegd op de bodem van de kanalen in
de Wieringermeer. De PTT'ers luisterden deze lijn, die ook rechtstreeks
verbonden was met Berlijn, in 't geniep af. In het voorjaar van 1945 werd
deze kabel, terwijl de Duitsers in onderhandeling waren met Seys Inquart,
door leden van de plaatselijke ondergrondse doorgezaagd. Jan de Jong is er
van overtuigd dat dit laatste mede-oorzaak is geweest van het opblazen van
de dijk van de Wieringermeer op 17 april 1945.
Evacueren
Korte tijd na het springen van de Wieringermeerdijk werd het gezin De Jong
en hun buren hiervoor gewaarschuwd door de buurman Herman Heijnen sr.
Vader Jan de Jong, die als begin dertiger geregeld in z'n eigen huis op de
zolder - verstevigd met planken van aannemer Kingma - zat ondergedoken
belde onmiddellijk de PTT te Alkmaar om een vrachtwagen. Die bleek niet
19