werken heeft begunstigd, zoals de Maaskanalisatie, de Staatsmijnen, enz. Overigens zaken die altijd op de eerste plaats wenselijk en noodzakelijk waren. Eén van Lely's meest karakteristieke eigenschappen was zijn grote daden drang. Hij voelde de roeping, om door het tot stand brengen van grote werken zijn land welvarender en gelukkiger te maken. Door zijn ministerschap heeft hij het voorrecht gehad die roeping te kunnen volgen en na te komen. Lely was niet bijster belust op lof en eer, daarentegen was hij zeer gevoelig voor kritiek. Als mens en als politicus was Lely heel vooruitstrevend en steeds sterk geneigd om met het nieuwe kennis te maken. Zijn blik is steeds op de toekomst gericht. Lely's intellectuele gaven lagen zeer duidelijk op het terrein van de exacte wetenschappen; hij was met hart en ziel ingenieur, d.w.z. ontwerper en doorvoerder van plannen. De uitvoering liet hij, als het plan eenmaal vaststond, met genoegen aan anderen over. Onder de talloze openbare werken, die wij aan deze grote minister van Waterstaat danken was er echter geen, dat hem meer ter harte ging dan de Zuiderzeewerken. De Zuiderzee was in dit rijke leven het "Leitmotiv". Wanneer men echter vraagt wat in Lely's leven en streven voor hem zelf het belangrijkste was, dan lijdt het geen twijfel, of dit was niet zijn werk, zelfs niet de Zuiderzee, doch het was zijn gezin. Alles overheersend in Lely's gedachtewereld was de band die hem verbond met zijn vrouw, Gerarda Jacoba van Rinsum, die hij innig heeft lief gehad. Toen zij in 1914 plotseling overleed was ook voor Lely het blijde licht van zijn leven voorgoed gedoofd. Was Lely een voorbeeldig en uiterst gelukkig echtgenoot, hij was een niet minder toegewijd vader en later grootvader. Ir. Lely in 1879, 25 jaar oud. 18

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek Historisch Genootschap Wieringermeer | 2004 | | pagina 20