MEVROUW MIEN DAM - LOOZEN
herinnert zich niet meer dat zij eind 1939 had deelgenomen aan een
spraakonderzoek onder de Wieringermeerbevolking. Het doel van dit
onderzoek was "het bepalen van de articulatorische en acoustische
beschrijving van de klankkleur". De onderzoekers, waaronder Mej. Dr. J. C.
Daan, (taalkundige, afkomstig uit Wieringerwaard), troffen in de nog niet
zolang geleden drooggevallen Wieringermeer mensen aan uit alle
windstreken van Nederland, m.a.w. een ideale plaats om alle voorkomende
klankkleuren in Nederland op een beperkt grondgebied te kunnen
onderzoeken. Daartoe werden allerlei eigenschappen der 'sprekers', zoals
algemene, (leeftijd en sekse), sociologische, (afkomst en beroep),
morfologische, (vorm van schedel en kaak, enz.), fysiognomische,
(gelaatstrekken), psychologische, (o.a. temperament en intellect),
beschouwd en vergeleken, toegespitst op de
klankkleur van vooral de klinkers a, e en o. Dit
boek ligt ter inzage in het Genootschapshuis te
Middenmeer.
Van tientallen proefpersonen staan foto's in het
boek afgedrukt. Zo ook van de toen 16 jarige
Mien Loozen. Zij staat in het boek ingedeeld
onder "de Brabants - Frankische Groep". Niet
vreemd, dat zij bij deze onderzoeksgroep werd
ingedeeld als je weet, dat zij op 1 juni 1932 met
haar ouders en zusje Jo vertrok uit het Brabantse
Lage Zwaluwe naar de Wieringermeer. Mientje, of
op z'n Brabants "Mieneke" was toen 9 jaar oud.
"Bij het afscheid van Branbant zijn er heel wat
tranen gevloeid", weet Mien nog goed. 't Is ook
niet niets om al je familie, vrienden en kennissen
te moeten achterlaten!
Vader Loozen verruilde zijn werk bij de koeboer in
Brabant voor het opnemen van de schop,
waarmee hij meehielp de Wieringermeer in
cultuur brengen. Al snel had Loozen spijt van
deze verandering van werkkring, net zoals de
veeboer in Lage Zwaluwe het betreurde dat hij
zijn knecht Loozen moest laten gaan.
Het werken in de nieuwe polder viel tegen. Het was zwaar werk, het
verdiende voor Loozen niet beter en je moest uren fietsen door die eindeloze
vlakten in de polder.
Foto's van Mien Loozen in het boek
over het spraakonderzoek, 1939.
16
