Ir. S. Smeding - Dr. Hermanus Johannes lovink Dr. Lovinkstraat) becijferde de kosten en baten van de plannen. In gewone mensentaal: hoeveel het zou kosten én wat het zou opleveren. - Dr. Harm Smeenge (Dr. H. Smeengestraat) was voorzitter van de Vereniging De Schuttevaer, die belangen behartigde van de Nederlandse binnenschipper. Als probeersel legde men eerst een proef- polder bij Andijk droog. Toen dit lukte kon men aan het grote werk beginnen: het droogleggen van de Zuiderzee. Er werd een dijk van Medemblik naar Den Oever aangelegd en er werden twee gemalen gebouwd. Op 21 augustus 1930 was de Wieringermeer droog. Ir. Lely kon dit jammer genoeg niet meer meemaken. Hij was het jaar daarvoor onverwachts overleden. Na het overlijden van Ir. Lely zette Dr. Ir. Sikke Smeding (Ir. Smedingplein) zijn werk voort. Toen de polder eenmaal droog was schakelde Ir. Smeding allerlei dekundigen in: - Ir. C. L. van Steen (Van Steenstraat) - kreeg de opdracht de grond te onderzoeken om te zien welke gewassen erop geteeld konden worden. - Ir. A.D. van Eek (Van Eckstraat) kreeg de leiding over de bouw van de boerderijen. - Prof. Ir. Marinus Jan Granpré Molière (Prof. Granpré Molièrestr.) stelde de ligging van de drie dorpen vast, en hun vorm en grootte. Hij bepaalde de plaatsen waar scholen, kerken en open bare ge- bouwen moesten komen. Hij zorgde ervoor dat alle huizen aangesloten werden op alle netten, water, elektra, telefoon en radiodistributie).

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek Historisch Genootschap Wieringermeer | 2003 | | pagina 15