De Afsluitdijk 1932 - 2002:
een bewogen geschiedenis
Op 28 mei 2002 om 13.02 uur was het precies 70 jaar geleden dat
het laatste gat in de Afsluitdijk gesloten werd. Dit gebeurde rond het
middaguur omdat er toen sprake was van zogenaamd 'dood tij'. Bij
het naar elkaar toegroeien van de dijkvakken bleven steeds smallere
stroomgeulen en sluitgaten over. Door die sluitgaten perste het getij
van de Waddenzee zich dagelijks met grote snelheden. De stroomsnel
heid in de sluitgaten liep op tot vijf of zes meter per seconde, daardo
or werden de dijkvakken bijna door het water weggeschuurd.
Keileem
Bij de Amsteldiepdijk, die tussen 1920 en 1924 aangelegd werd en
Wieringen met het vaste land verbond, stuitte men ook al op dit pro
bleem. Men kon het uitschuren eerst goed onder de knie houden door
de dammen onder de waterlijn te beschermen met rijshout. Dit kon
een stroomsnelheid weerstaan tot zo'n drie meter per seconde.
Naarmate de dijkvakken elkaar naderden bleek deze methode niet
toereikend. Omdat dit eerste dijkvak als een soort proef beschouwd
werd voor het maken van de Afsluitdijk, werd besloten een proef te
nemen met het maken van een kleidam. De boringen in de zeebodem
ten noorden van de dijk toonden aan dat grote hoeveelheden klei van
goede kwaliteit gemakkelijk met baggermolens zouden zijn te winnen.
Bij die boringen kwam men op de oostwal van het Amsteldiep terecht
op een plaats waar volgens de vissers 'mirakel harde klei' zat. Dat
bleek geen klei te zijn, maar iets nog veel beters, namelijk keileem.
Deze maakt deel uit van de afzettingen die de voorlaatste ijstijd in
Nederland heeft achtergelaten. Goede keileem kan, als het in grote
brokken wordt verwerkt, geruime tijd aan stromen tot vier meter per
seconde worden blootgesteld zonder dat dit door het water wordt
afgeslepen. Zonder deze ontdekking had het bouwen van de Afsluitdijk
erg veel problemen opgeleverd omdat van te voren geen rekening
met zulke grote stroomsnelheden gehouden werd. Ook was dit mate
riaal betrekkelijk goedkoop omdat het dicht bij de dijk gewonnen kon
worden.
De Sluizen
Toen Zuiderzeewerken met zijn werk begon was de stap al gezet om
de sluizen niet op Wieringen te bouwen, maar in de open zee. Korte
tijd later werd het besluit genomen, de sluizen te verdelen over een
oostelijk en een westelijk complex. Hiervoor werden eerst de benodig
de gedeelten ingepolderd omdat deze kunstwerken zich voor een
groot deel onder de waterspiegel bevinden. Er zijn in totaal 5 groepen
24