voorraad verdween met al het andere, dat in de moeilijke jaren
was opgebouwd, toen het Duitse leger op 17 april 1945 een gat
in de IJsselmeerdijk liet springen en heel de polder onder water
kwam te staan.
De familie Kok kwam in Kolhorn terecht. De bakker meldde in
Herrijzend Wieringermeerland van 14 september 1945, dat hij
zijn werk tijdelijk in een woonark te Kolhorn uitvoerde. Op 15
maart 1946 liet hij via deze krant van van Vegten weten, dat hij
zijn elektrische bakkerij aan de Havenweg van Kolhorn gebruikte
om vandaar weer regelmatig het brood in de polder te bezorgen.
Nog geen half jaar later is hij terug in Middenmeer voorlopig in
een woonark aan de Kanaalweg.
Begin 1947 gaf Kok opdracht aan de firma Wassink-van Garderen
de herbouw van zijn woonhuis, winkel en bakkerij aan de
Brugstraat. Vóór het einde van dat jaar schreef "Mercurius" in de
Flevobode, dat bakker Kok zijn moderne winkel in gebruik heeft
genomen. "Alleen de bovenwoning moet nog geschilderd wor
den".
Het resultaat ziet u op de onderstaande foto, gemaakt op 30 april
1952, waar Kok en zijn vrouw Trien met dochter Aline met trots
hun mooie winkel tonen.
De familie gaat na 30 jaar verhuizen.
Dan meldt de Wieringerneerbode van 31 mei 1961, dat Klaas Kok
en mevrouw Trien hun zaak overdragen aan bakker Harry de
Groot, na bijna dertig jaar voor de Middenmeerders te hebben
30 april 1952. Echtpaar Kok voor de pas herbouwde en geopen
de bakkerszaak van na de oorlog. In de deuropening dochter
Ali(ne) en mevr. Ros, een vriendin van de familie.
32