Giena in de ban.
Bij beslissen alleen bleef het niet.
482
In de nieuw ontstane gemeenschap zou ze het maatschappelij
ke, sociale en culturele leven mede stimuleren, omdat in
het allereerste begin zelfs één enkeling hiervoor van grote
waarde zal zijn.
Voor Giena Olsder was er na alles gehoord te hebben maar
vooral na het zien van de tekeningen en maquettes van de
door prof Granpré Molière ontworpen dorpskernen, er maar
één conclusie: Dit werk wil ik doen en geen ander!!
Maar Giena had nog een moeder en die had haar dochter al zo
lang op de boerderij te Meeden moeten missen, dat ze aan
gaf: ze moest voorlopig maar eens thuis komen.
Dat was echter niets voor de energieke Giena. In het geheim
schreef ze naar Alkmaar en prompt werd ze opgeroepen voor
een gesprek met ir. Roebroek, destijds speciaal belast met
de kolonisatie van de landarbeidersgezinnen. Daar bij de
directie in Alkmaar werd ze tot haar grote blijdschap
benoemd. Met ingang van december 1931 trad ze in dienst als
maatschappelijk werkster. Haar taak kende ze al.
Haar ouders hebben haar de stiekeme sollicitatie vergeven.
Honderden landarbeiders gezinnen zijn in hun woonplaats
door haar onaangekondigd bezocht. Ruim twee honderd zijn er
volgens haar zeggen naar de Wieringermeer gehaald. Het is
toen in die paar jaar de kernbevolking van de dorpen
Slootdorp en Middenmeer geworden.
Geen kleinigheid voor deze enthousiaste maar ook gevoelige
pionierster. Begin dertiger jaren woedde de landbouwcrisis
op zijn hevigst en de werkloosheid onder de arbeiders op
het platteland heerste als een besmettelijke ziekte. Via de
Arbeidsbureau's, zoals ik al schreef, bekwam ir Roebroek de
adressen van landarbeiders uit haast alle provincies want
Wieringermeer betekende werk. Na voorselectie moest mejuf
frouw Olsder ter plaatse poolshoogte nemen en beslissen
over het advies, dat zij aan de Directie ging doorgeven.
Allereerst kreeg de sollicitant een officiële brief van de
secretaris, de Bruijn, van de Directie van de Wieringer-
meerpolder, belangrijk genoeg om haar af te drukken.
Het schrijven dd 5 april 1932 aan den heer K.Bolhuis te
Eenrum (Gr.) luidde:
11 Bij dezen hebben wij de eer U te berichten, dat aan U -
na overlegging van een bewijs van goede gezondheid van U en
Uw gezin af te geven door Uw huisarts - een woning in de
Wieringermeeer kan worden toegewezen, met plaatsing als
landarbeider bij de Cultuurmaatschappij "De Wieringermeer11
onder de aan U bekende voorwaarden.
Mocht U het bewijs van goede gezondheid nog niet ingezonden
hebben, dan gelieve U dit alsnog te doen tegelijkertijd met
ingesloten formulier, dat U in de hierbijgaande couvert
onaefrankeerd gelieve op te zenden voor Maandag 11 april
as