"Herinneringen. door Marinus Meeuwsen 371 VERHUIZEN 1 Daar hangt wat in de lucht. Wat? Dat weet ik niet. Wel iets dat anders is dan gewoon. Ligt dat aan moeder? Nee, die gaat gewoon door. Er komt eten op tafel, 's Middags laat ze me mijn slaapje doen. 's Avonds warden we naar bed gebracht. Moeder werkt in huis net als anders. Ze brengt de hoenders hun voer. Ze doet de was. Nee, wat dat betreft gaat alles ge woon door, Ligt het aan vader? Nee, ook niet. Hij komt maar heel weiniq thuis. En dan is alles echt goed, als hij er weer bij is. Het hele jaar lang werkt hij heel ver weg. Zo verschrikte 1ijk ver van huis dat hij maar af en toe thuis komt, Dan is moeder blij en zijn wij ook blij. Zonder vader er bij, nee, dat is niet leuk. Hoe ver van huis werkt vader dan wel? In de WieringermeerpolderDat is zo ver van huis dat je wel de hele dag in een trein moet zitten om daar te komen en dan ben je er nog niet.Dan ben je nog maar in Wierinqerwaard en moet je nog een eind fietsen. Moeder krijgt wel dikwijls een brief. Dat vindt ze zo fijn en dan vertelt ze ons wat vader haar schrijft. Maar dat begrijp ik niet allemaal. Moeder schrijft dan een brief terug. Naar Sluis I, kamer 8. Toch had ik liever dat vader hier was. Nee, hier ligt het niet aan dat ik voel dat er wat in de lucht zit. Nu weet ik waardoor dat komt. De laatste weken kwamen er heel dikwijls mensen op visite. Buren, vrienden, familie. Ze brachten meestal een snoepje mee voor ons. Dat was wel leuk. Maar, als ze weggingen deden ze vaak een beetje bedroefd, net alsof ze moeder nooit weer zouden zien. Waarom eigenlijk? Lag dat aan dat woord "veruze" dat zo dikwijls werd genoemd? Later moesten we netjes "verhuizen" zeggen. Nu mag "veruze" nog. Ik vroeg aan mijn oudste zus wat dat bete kende, Ze zei dat moeder gezegd had dat we in een ander huis zouden gaan wonen. Bij vader. Dan gaan wij ook heel ver weq en we nemen alles mee. Waarom heeft moeder mij dat niet gezegd? Jij begrijpt dat nog niet, denk ik. Wij gaan allemaal mee, hoor, jij ook, en we gaan naar vader toe. Naar vader toe, dat is fijn, maar toch is het wel griezelig naar een an der huis te gaan. Zouden de hoenders ook mee gaan? Die zijn zo leuk om naar te kijken. Ze hebben het altijd zo druk. En het perzikboompje? Gaat dat ook mee? En de druiven? Ik mocht daar al wat rijpe van opeten. Mijn zus zei dat alles mee gaat. Dan wordt het wel goed. Laten we dan maar gauw naar Sluis I gaan overdenkingen van een 2-jarige landverhuizer okt. 1931

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek Historisch Genootschap Wieringermeer | 1998 | | pagina 11