5. De inrichting van de nieuwe woning. Bij haar inspectie van de oude woningen van de even tuele nieuwe bewoners van Slootdorp en Middenmeer vertelde Giena Olsder dat het de bedoeling was,dat er kostgangers zouden worden gehouden. Bij aankomst in de polder kon men zonodig via haar ledikanten- en matrassen kopen. Mocht men dat absoluut niet kun nen betalen dan zou zij die kosten uit een speciaal daarvoor bestemd potje kunnen voorschieten. Mijn moeder kocht voor een eventuele kostganger bij haar broer in Nieuw Vossemeer alvast een nieuw ledi kant met toebehoren. Giena Olsder zag bij de mensen thuis ondertussen ook het meubilair. Bij mevrouw van Loon in Halsteren zei ze ook,dat er geen ruimte was voor een Brabantse plattebuis kachel.Mevrouw van Loon had een hele mooie grote kast,waar zij bijzonder aan gehecht was. Daarvan zei de inspectrice "deze kunt u absoluut niet meenemen.Die kast kan er echt niet staan".Ver drietig nam mevrouw van Loon afscheid van haar ka chel maar vooral van haar kast. Eenmaal aan de Brink bleek achteraf toch ruimte voor de kast te zijn maar helaas....de kast was weg en tranen hielpen niet meer. Tevens vertelde juffrouw Olsder,dat er in Slootdorp en Middenmeer electriciteit is voor o.a. koken. Mijn moeder voelde daar wel voor en bestelde bij haar alvast kookplaten en een pannenset. Toch na men mijn ouders de plattebuis kachel mee waar in najaar en winter ook op kon worden gekookt. Alles, ook de fietsen en het gereedschap voor de tuin ging in de verhuiswagen mee. Veel gezinnen sliepen in hun oude woning in bed steden en kookten op de kachel maar hoofdzakelijk op petroleumstellen. Voor die gezinnen was het ver huizen helemaal een grote verandering. Veel vrouwen -292-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek Historisch Genootschap Wieringermeer | 1997 | | pagina 18