Intussen hadden er in de periode 1939 - 1941
ook ambtelijke wisselingen plaats gevonden.
Naast de ambtenaren Cramwinckel en de Groot
werden benoemd de dames Bep Lindenberg
en Trijntje Melchoir. Een vervolg van de start
van de Wieringermeer-directie Openbaar
Lichaam de Wieringermeer was, dat de ervaren
personen Smeding, Blaauboer secretaris,
ambtenaar Winkel en de leider van de distribu-
tiedienst Ben Keuris naar de Noord Oost Polder
verplaatst.
De opvolger van de heer Blaauboer werd heer
Nap als gemeente-secretaris. Op 12 augustus
1941 werden door de bezetter de werkzaamhe
den van de gemeenteraden en de provinciale
raden geschorst en het gevolg was een eenhoof
dig gezag van de burgemeester.
De begroting van 1942 werd aldus vastgesteld
door de burgemeester als waarnemend gemeen
teraad. Er kwam dus een volledige dictatuur
en de democratie ging verloren.
In de voorgaande bijeenkomst van het Genoot
schap hebben kunnen beluisteren het verhaal
van mevrouw Peters over het Joodse werkkamp
in de Wieringermeer. In haar verhaal was ik
de ambtenaar die als het ware de schakel
vormde tussen het Openbaar Lichaam en het
Joodse werkdorp. Zo kwamen de jonge werkers
in het kamp zich presenteren ter secretarie in
Wieringerwerf met hun paspoort. Mijn taak
was voor deze personen een persoonskaart aan
te leggen en ze op te nemen in het bevolkings
register.
Het werkdorp heeft gefunktioneerd van 1934
tot en met 1941In dat jaar werd het werkdorp
door de Duitse bezetter opgeheven. Het
werkdorp heeft in die periode in binnen en
buitenland veel aandacht gekregen van de pers
en veel belangstellenden kwamen een bezoek
brengen aan het werkdorp. Persoonlijk bezocht
ik het kamp regelmatigDe administratie werd
gevoerd door mevrouw Inge Köbner, met wie
ik wekelijks kontakt had. Voorts heb ik kennis
gemaakt met Mr. Herzberg, de heer Katznelson
en onze agrarische vertegenwoordiger A.C.
van Kemmeren.
Ik werd ook wel op zondagen uitgenodigd om
hun gast te zijn. De verhouding met het kamp
was goed en ik ben de bewoners zoveel
mogelijk terwille geweest ten aanzien van
paspoorten en verblijfsvergunningen.
Het was mij bekend dat de NSB aan de
opheffing heeft meegewerkt en daar een speciale
bestemming voor had. De boerenleider Jan Saai
en de NSB burgemeester Kaan van Wieringer-
waard hebben daar het zijne toe bijgedragen,
gelukkig is het buiten de handen van de NSB
gebleven.
Na het vertrek van de bewoners uit het
werkdorp zijn deze jonge mensen ondergebracht
op particuliere adressen, het is spijtig dat deze
adressen later ter hand zijn gesteld aan de
Gestapo en zo zijn deze mensen naar Mauthau-
sen afgevoerd, waar velen op een verschrikkelij
ke wijze de dood hebben gevonden. Ik kreeg
ter bijwerking van de bevolkingsadministratie
officieel de mededeling van het overüjden, voor
zover deze mensen nog niet administratief
waren afgevoerd naar Amsterdam.
Het is prettig, dat de overlevenden, hoe wel
verspreid over de gehele wereld nog onderling
een intensief contact onderhouden. Het deed
mij goed te horen, dat mevrouw Peters ten
dienste van haar scriptie vele mensen in Israël
heeft bezocht om hen te interviewen. Waaruit
bleek dat deze palestina-pioniers nog heel
positief denken over hun opleidingstijd in het
werkdorp aan de Nieuwesluizerweg.
Ik wil nu iets vertellen over mijn aandeel in
het verzet in de Wieringermeer. Wie het boek
"Verzet in West Friesland" heeft gelezen heeft
moeten constateren, dat in West Friesland vele
verzetstrijders het onderspit hebben moeten
delven en gefusilleerd. Ook wij hebben in de
Wieringermeer twee strijders van het eerste
uur moeten verliezen, te weten A.C. de Graaf
en Catrinus Douma. Persoonlijk had ik
wekelijks contact met hem, rayonleider van
de LO in de Wieringermeer. Zelf was ik ook
ingedeeld bij de LO.
pag 157