x9 Wienngermeer-Kern E dat het met overleg, en rekening houdend met veel omstandigheden, is opgemaakt: er is hard, en door velen aan gewerkt, en daarvan draagt het ook het stempel; het al te schematische, wat het kenmerk is van onverschilligheid, is er wel uit; en daarmee biedt het een stramien, waarop zich heel goed een prettig landschap ontwikkelen kan. Voor den landbouw is misschien de afwisselende grondgesteldheid een bezwaar; maar dit prikkelt het verstand, om voor elk grondstuk zijn beste bestemming te zoeken; en alles wat uit overleg wordt geboren, heeft een zekere schoonheid. Om iets bepaalds te noemen, juist in het midden van den polder, beneden het aangegeven polder-cen trum, ligt een hooge zandplaat. Dit gedeelte schijnt door de natuur aangewezen, om te worden be- boscht, de plaats kon niet beter gekozen worden. Het is dan vrij zeker dat er tusschen het Polder centrum en Middendorp een bosch zal worden aangelegd; ook is er sprake van boschaanleg in het Noorden. Dit zullen zeker met mij degenen toe juichen, die voor boschbouw als een wensch, of zelfs als een plicht voor de overheid, hebben gepleit. Wanneer men dus het plan van aanleg wil vergelijken b.v. met de Haarlemmermeer, dan is er stellig vooruitgang, door de deels uit de natuur, deels uit overleg voortvloeiende wissel valligheid. Men wil ons wel doen gelooven dat strakke normalizeering het ware kenmerk van overwogenheid is, ondanks het feit dat deze in de geschiedenis altijd opgetreden is daar waar men den stedebouw (of welke andere kunst ook) nog niet, of niet meer verstond; omgekeerd wil men ons wel opdringen dat alle wisselvalligheid artiesten- romantiek is; ondanks de omstandigheid, dat een gepaste wisselvalligheid het uitsluitend eigendom van gezonde cultuur-tijdperken is geweest. -En dit ligt ook in de rede, want elk beginsel heeft in de toepassing een hier en nu; en de schoonheid van een aanpassen aan omstandigheden is niet gelegen in deze omstandigheden zelf, die in zekeren zin willekeurig, en dus noch schoon, noch leélijk zijn; maar in het verstandelijk beleid, dat ze op roepen, en in de grootere verzorging, die ze ver- eischen; daaruit vloeit voornamelijk het schoone. En dit schoon staat dus evenzeer tegenover het gedachteloos reglementeeren tot het getik van een wekkerklokje, als andererzijds tegenover het moed willig scheppen van willekeur; het eerste is een onvoldoende gebruik, het laatste is een misbruik van de menschelijke rede. Het komt mij voor dat in de Wieringermeer het goede midden daar- tusschen is bewaard. Wat m.i. alleen ontbreekt, dat is als gezegd een zekere klaarheid in het rhythme der hoofd-verkeersaders. pag. 50

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Kroniek Historisch Genootschap Wieringermeer | 1994 | | pagina 6