31 grondmolen op het erf. Er werd een tweede auto gekocht. Doordat de broers de grond zelf fijn maalden, nam de omzet flink toe. Een leuke klus was ook de Ambassadeur in Castricum, maar ook de gewone werkzaamheden gingen door. Er moesten eens tien vrachten slappe mest worden gelost bij Piet van Scheijen. De slappe mest werd toen vervoerd in een bak met een laadklep met twee deuren aan de achterkant. Om de slappe mest te lossen moest je de deuren snel openen en even zo snel opzij springen. Dat ging negen van de tien keer goed. Maar het ging ook weleens mis. Ko was een keer net te laat en kreeg een golf mest over zich heen. Hij mocht gelukkig douchen en ging in zijn onderbroek achter het stuur weer naar huis. Ook kwamen zij eens bij een bollenboer een jager tegen, die beweerde, dat hij over het ijs over de vaart gekomen was. De beide broers geloofden het niet, maar de bollenboer beloofde een slagroomtaart als zij het ook durfden. Heen ging nog net, maar terug was het kiele kiele. Ondanks veel gekraak redden ze het net en de slagroomtaart was verdiend. Op een dag moest Ko naar een nieuwe klant in Groningen in Zuidbroek. Klaas Zomerdijk was mee en het was flink zoeken en uiteindelijk kwamen zij uit bij een klein keuterboertje in een schamel optrekje, wel een gammel zootje. De boel moest overgeladen worden op een aanhanger met een trekkertje ervoor. Na gedane arbeid vroeg de man of ze koffie wilden. Er werd een plastic zak over de waterput gelegd, dat was de tafel. Er werden drie van die emaillen kroezen met blauwe randen en butsen neergezet en de koffie leek wel teer of stroop. Klaas keek er al een beetje vies naar en hoefde niet. Ko deed er flink wat melk in en vier scheppen suiker en dronk in één teug de kroes leeg. Daarna nog één, ogen dicht en opdrinken. Piet I Jff, rietsnijder in de Zaan was ook zo’n figuur. Twee broeken over elkaar, vijf truien met gaten aan, drie petten op! Willen jullie nog een kop koffie? Maar toen hij met zijn fluitketeltje naar de slootkant liep en water uit de sloot wilde halen hoefden de broers opeens geen koffie meer! Siem Klaver, een fouragehandelaar uit Zuid-Schermer, belde eens op: “Er ligt een vracht bij Madderom, kunnen jullie daar morgen even kijken?” Ko en Peter er heen en ze zagen in de verte twee stipjes op het land lopen. Naderbij gekomen bleken het twee oude mannetjes

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 2017 | | pagina 32