RADIOPIRATEN IN LIMMEN
In de jaren '60-70 kwamen de illegale radiozenders op. Er waren
twee soorten radiopiraten. Enkele amateurs, die zelf hun zenders
en antennes bouwden, hielden zich voornamelijk bezig met het
contact maken met andere radiopiraten of zendamateurs om vooral
te praten over technische zaken, hoe zij hun zender hadden
gebouwd en hoeveel vermogen de zender leverde en daarmee
probeerden zij een zo groot mogelijk bereik te krijgen. De andere
amateurs hielden zich bezig met het draaien van platen en het
presenteren van een muziek
show. Omdat Hilversum in
grote lijnen tot 100 Mhz de
frequenties gebruikte, maak
ten de radiopiraten gebruik
van de frequenties van 100 tot
108 M hz op de zo genoemde
3 meter band, dat was de FM
band op de gewone radio
boven 100 M hz. Je kon je
hobby zo duur maken als je
zelf wilde. Met een
draadantenne en wat elektronica kon je voor nog geen tientje de
lucht in en kon je praten met anderen. Door middel van een trimmer
kon je een variabele frequentie kiezen. Deze goedkopere zenders
waren minder stabiel en zorgden nogal eens voor storingen. Het
grote voordeel was echter, dat als het erg druk was in de ether, je de
zender op een andere frequentie kon afstellen. Deze zenders
werden vooral gebruikt door andere zendamateurs om te praten
over hun hobby en om contact met elkaar te leggen.
In het begin van de jaren '80 waren er op het hoogtepunt, volgens
de Radio Controle Dienst, meer dan 100.000 illegale zelfgebouwde
zenders in de lucht. De illegale radiostations zonden in het begin
alleen op de middengolf uit. In het Oosten en Noorden van het land
zonden ze echte piratenmuziek uit. Vooral Nederlandstalig, wat op
de Hilversumse zenders nauwelijks te horen was. Later ging men
over op FM en ook in de rest van het land ontstonden zelfs zeer
professionele radiostations, die niet onderdeden voor Hilversum 3.
31